United States or Samoa ? Vote for the TOP Country of the Week !


Daar op Herscheleiland ondervonden wij het groote leed, dat onze Manni verdronk; hij was alleen in een boot aan het eenden jagen, en in het gezicht van de Gjöa stond hij in het bootje, toen dat door een windstoot omsloeg. Hoewel dadelijk een boot uitgezet werd, gelukte het niet zijn lijk te vinden, ook niet na herhaalde pogingen in den loop der week gedaan.

Sten had al vele winters aan de noordamerikaansche kust doorgebracht en kon ons dus ook veel belangrijks over het land en de bewoners vertellen, en, wat van gewicht was, hij kende de hier wonende Eskimo's. Om dezen tijd had ook Manni zich aan boord thuis leeren voelen.

Hierop verklaarde hij mij dadelijk met verbluffende openhartigheid, dat hij daar al lang geen lust meer in had. Hij kon de blanken niet verstaan. Vóór drie dagen wou hij volstrekt mee en nu, na een leventje als een prins, was hem de lust vergaan. Ik nam het verrassende bericht heel kalm op, want nu was de zaak met Manni in orde. Maar neen, nog niet heelemaal.

Op de Gjöa woonden luitenant Hansen, Manni en ik; in ons huis aan wal de andere vijf van ons; vijftig meter verder westwaarts lag Stens huis, dat van planken en balken uit de Bonanza was opgetrokken en er als een villa uitzag. Het bestond uit twee kamers, waarvan de eene bestemd was voor Sten met zijn vrouw Kataksina en zijn dochtertje Anni, en de andere voor den harpoenier Jimmi met zijn vrouw.

Een der flinkste Eskimo's, Manitchja, bewees ons in dezen tijd den dienst, Manni tot zich te nemen, want ondanks al onze moeite om hem te winnen, wilde hij weer naar de Eskimo's. Toch duurde die stemming niet lang; na een week was hij al terug, en wij namen hem weer in genade aan.

Ik was de gast van veel kapiteins, sprak met de zendelingen, en had het voorrecht een brief van huis te ontvangen, met vreugde begroet, al was hij anderhalf jaar oud. Manni had veel pleizier en kreeg verscheiden uitnoodigingen bij de Eskimo's.

De hier wonende Eskimo's zijn alleen schippers en walvischvangers, de Amerikanen nemen geen groote bemanning mee, daar ze hier menschen genoeg vinden, die het werk best kunnen doen aan boord. Ristvedt en Manni waren op de jacht geweest en kwamen met een menigte sneeuwhoenders terug. De luitenant en ik deden aan vischvangst en we leverden menig lekker vischgerecht voor de keuken.

Van het eerste uur af won Manni ons aller hart; zijn lach verjoeg elke onaangename stemming, en hijzelf was blijkbaar uitstekend bij ons tehuis. Hij was echter ook in een Eskimoparadijs beland, een plaats, waar men zooveel mag eten als men maar kan bergen.

Nu stond hij daar, en het speet mij, dat de zaak zoo geloopen was, want ik had Manni veel liever gehad dan Tonnich. Ik zei dus, dat hij maar eens moest meegaan; dan zou ik zien. Des morgens om zeven uur begon het op te klaren, en ik hield het nu voor het beste, dadelijk aan boord te gaan, om terstond te kunnen vertrekken als het goed helder was.

Vóór de tent van Umiktuallu stond een pleegzoon van hem, Maniratcha of Manni, zooals wij hem altijd bij verkorting noemden. Hij stond te snikken, want hij had zoo graag met ons mee willen gaan, en nu hoorde hij, dat Tonnich was aangenomen. Hij was een flinke jongen van zeventien jaar, en hij had vroeger al gevraagd, om mee te mogen, zonder dat ik er veel op gelet had.