United States or Turks and Caicos Islands ? Vote for the TOP Country of the Week !


Ik vraag ze, ik vráág ze, deze leelijkerds op de feestbals der literatuur maar ik durf het bijna niet te biechten! uit de geniepige overweging: Jullie zijt zoo zot geweest hier te komen, welnu, dan ook vooruit met je onder het volle licht der kronen!...

Een enkel woord over de bronnen en de literatuur, waarvan voor dit proefschrift gebruik is gemaakt, moge hier voorafgaan. Voorzoover mijn onderzoek direct gericht was op het bestaande recht van nu en van vroeger tijd, heb ik zooveel mogelijk de officieele en oorspronkelijke bescheiden, die daarover licht konden verschaffen, geraadpleegd.

Dat ging natuurlijk ook niet zoo byzonder snel, want ik had intusschen mijn liefhebberij voor de literatuur, maar in '84 deed ik toch examen, en ik ben geslaagd. Ziet u, toen ik nog op de H.B.S. was, trokken die oude talen mij aan, er was iets geheimzinnigs in, en ik dacht: daar wil ik meer van weten.

Leerdicht, dierfabel en dier-epos, de berijmde novelle, het lied dat waren de wegen in het rijk der literatuur, waarop wij de gemeentenaren in de 13de eeuw hebben aangetroffen. Op die wegen vinden wij hen ook in deze volgende eeuw, doch hoeveel verder zijn zij daarop gevorderd.

En zeker, wanneer men zegt: wij Nederlanders zijn een Germaansch volk, dus hebben ook wij deel aan de Oudgermaansche letterkunde; of: ook hier te lande hebben Saksen gewoond, dus kunnen wij den Hêliand tot onze literatuur rekenen, dan kan men van die werken gewag maken in een geschiedenis onzer nationale literatuur.

Doch wat daarvan zij, zeker is, dat wij hier een proza hebben, het vroegste in onze literatuur, waarvoor wij de schrijfster, begijn, non of abdis, dankbaar moeten zijn.

Het idee van die raad die door een hele reeks avonturen zijn goed recht toont, stamt duidelik uit het Oosten, waar die meer dan eens in de literatuur te vinden is; dat is juist een van die echt-Oosterse handige manieren om verschillende geschiedenissen tot één geheel samen te binden en levensregels in te prenten.

Daarnaar kunnen wij zelfs niet gissen. De literatuur is ook hier spiegel, van het leven. In die Oudgermaansche volkszangen, wijkend voor de Christelijke kerkliederen, zien wij de worsteling van Heidendom en Christendom die nu onze aandacht vraagt. Die worsteling was niet meer zoo zwaar als zij voorheen was geweest, maar zij was toch nog verre van geëindigd.

Of misschien nooit komen. Ik herinner mij, dat Jacques Perk indertijd ook duister werd gevonden. Hij is zoo gewrongen, werd er gezegd. Men maakte er parodieën op. Een ontwikkeld mensch kan zich dat haast niet meer voorstellen nu, maar 25 jaar geleden was 't toch zoo. De moderne literatuur heeft zich, wat betreft de belangstelling van het lezende publiek, niet te beklagen.

Gewone menschen wachten tot het leven zijne geheimen aan hen openbaart, maar enkelen, den uitverkorenen, worden de mysteries van het leven geopenbaard, nog vóór de sluier is weggetrokken. Soms was dit het effect der kunst, en vooral van literatuur, die onmiddellijk werkt op passies en intellect.