Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 22 mei 2025


Leerdicht, dierfabel en dier-epos, de berijmde novelle, het lied dat waren de wegen in het rijk der literatuur, waarop wij de gemeentenaren in de 13de eeuw hebben aangetroffen. Op die wegen vinden wij hen ook in deze volgende eeuw, doch hoeveel verder zijn zij daarop gevorderd.

Vergelijken wij het leerdicht van dit tijdvak bij dat van het voorafgaande, dan treft ons dat het godsdienstig en vooral het zedelijk element veld hebben gewonnen op het zuiver wetenschappelijke.

Noot: Polemiek naar aanleiding van een in De Nieuwe Amsterdammer gepubliceerden aanval op de critische eerlijkheid van mijn opstel: Het Helden- en Leerdicht van den Wereldoorlog.

Onder den invloed van MAERLANT begint hij met een paar geschiedkundige werken: de Brabantsche Yeesten en Van den derden Edewaert, dat den krijgstocht van den Engelschen koning EDUARD III tegen Frankrijk behandelt is . Maar verreweg zijn gewichtigste werk levert hij daarna in der Leken Spieghel, een leerdicht dat tusschen 1325 en 1330 is samengesteld . In dit volksboek vond de leek ongeveer alles bijeen wat hij noodig had om zich als christen, mensch en burger te ontwikkelen.

Ook schreef hij een onvoltooid leerdicht de herbarum viribus, dat door Plinius met lof vermeld wordt. Horatius ontried hem het dichten van elegieën en, ofschoon Tibullus vleiend van hem zegt: aeterno propior non alter Homero schijnen de ouden hem toch slechts eene zeer bescheiden plaats onder de dichters te hebben aangewezen.

Behalve eenige kleinere gedichten schreef hij ook nog een omvangrijk leerdicht in twee boeken De Sobrietate, waarin door tal van voorbeelden uit O. en N. Testament wordt aangetoond, hoe nadeelig de gevolgen der gulzigheid en hoe goed die der matigheid zijn.

Hij heeft de graven dier Hoofdapostelen der Roomsche Kerk, en tevens Petrus' nazaten, de voorzaten van onzen PIUS, in talrijke gedichten gevierd; hij heeft in eene dramatische Elegie het bloedig uiteinde betreurd eener gemartelde Majesteit, eener Maria Stuart, die roomsche bloedgetuige, die katholieke doode, "over welke tranen zullen gestort worden, zoolang er tranen op aarde zijn"; hij heeft de ijverige priesters herdacht, die, te midden der felste beproeving, onder onze katholieke voorvaderen het heilig geloof behielden en aanwakkerden; hij heeft aan bijna alle katholieke vermaardheden van zijn tijd de hulde zijner bewondering en hoogschatting gebracht, van de Spaansche Aartshertogin Isabella-Clara-Eugenia en de Zweedsche Koningin Christina-Maria-Alexandra, tot de Hoornsche "arme Klarisse" Anna Bruyningh en het Amsterdamsche Jezuïeten-klopjen Dina Noordijck; hij heeft aan de "Feniksmaagd", aan de Moeder des Heeren, een aantal schoone dichtregels gewijd; hij heeft het hoogheilig Altaarsakrament verheerlijkt in een voortreffelijk leerdicht, dat èn den wetenschappelijken zin van een godgeleerde, èn den fijnsten kunstsmaak van een letterkundige, èn het vroom gemoed van den eenvoudigen Christen gelijkelijk bevredigt; hij heeft de "Heerlijkheden" der Roomsch Katholieke Kerk bezongen, en in dat gedicht een klemmend betoog geleverd van haar goddelijken oorsprong, goddelijke wording, goddelijke uitbreiding; hij heeft "Bespiegelingen" over Gods wezen en Gods inwendige eigenschappen, over Gods werken naar buiten en Gods liefdewonderen op aarde, neêrgeschreven, die, ontleend aan den H. Thomas van Aquino, den grootsten wijsgeer en godgeleerde der Middeleeuwen, ons Dante Allighieri in herinnering brengen, en ook aan de diepste denkers een onverdeeld kunstgenot verschaffen; hij heeft eindelijk in tal van schitterende kleinigheden

Een minnaar moet leeren; vóór alles moet hij geduld leeren: vrouwen zijn veranderlijk, haastigheid is nooit goed, en dan: de boom valt immers niet met den eersten slag? In overeenstemming met het karakter van het leerdicht heeft POTTER zijn werk verdeeld in vier boeken, die achtereenvolgens handelen over dwaze, goede, ongeoorloofde en geoorloofde liefde.

Zelf had hij meer last dan lust van haar gehad: "wat hij jaagde, bleef ongevangen"; den zoeten drank had hij nooit gedronken . Nu wilde hij jongeren met zijne ervaring van dienst zijn, hun het rechte pad wijzen, hen waarschuwen voor het kwade. Doch van welken aard zijne beweegredenen ook mogen geweest zijn, in allen gevalle moet zijn werk worden aangeduid als een leerdicht.

De inhoud dier boeken bestaat in tal van meer of minder bekende liefdesgeschiedenissen, telkens besloten met een les of eene waarschuwing; niet zelden ook gaat een of andere algemeene zedekundige stelregel vooraf en dient het dan volgend verhaal als "exempel". Tusschen der Minnen Loop en een leerdicht als De Spiegel der Zonden is dus alleen dit verschil, dat de liefde hier de plaats der hoofdzonden inneemt en dat de "exempelen" in het eerste werk meer plaats beslaan dan in het laatste.

Woord Van De Dag

meisjesschaar

Anderen Op Zoek