Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 21 juni 2025
Er bevond zich een loslendige Napolitiaan in met lange zwarte haren, met een echt perkament-gezicht, met oogen om bang van te worden, en die vertelde dat hij Hannibal Pantalucci heette; verder een Portugeesche jood, wiens naam Nathan was, een echte diamant-kenner, die zich in zijn hoekje zeer stil hield en het menschelijk gewriemel met wijsgeerigheid beschouwde; dan nog een mijnwerker van Lancashire, Thomas Steel genaamd, een lange lummel met rooden baard en stevige heupbeenderen, die de steenkolen-mijnen ontvlucht was om zijn gelukkig gesternte in Grikwaland te beproeven; verder een Duitscher, Herr Friedel, die steeds machtspreukig als een orakel sprak, en altijd alles wist wat op de ontginning der diamanthoudende terreinen betrekking had, hoewel hij nimmer een enkelen diamant gezien, veel minder bezeten had; ook nog een Yankee met fijn gevormde lippen, die slechts samenspraken hield met zijne lederen veldflesch en die waarschijnlijk in de ontginningsvelden een drankwinkeltje kwam openen, waarin de meeste verdiensten van den mijnwerker zouden verdwijnen; dan nog een pachter afkomstig van de boorden van de Hart-rivier, een Boer van den Oranje-Vrijstaat; een ivoorhandelaar, die naar het land der Namakken trok; twee kolonisten uit de Transvaal, en een Chinees, die Li heette, zooals een achtenswaardig Chinees betaamt.
Deze vonden het geluk in hun wederzijdsch bezit. Cyprianus verwierf evenwel, dank zij zijne werkkracht, zijne algemeen erkende verdiensten en de waardeering, die hij van wege de geleerde wereld ondervond, een onafhankelijk vermogen. Thomas Staal keerde naar Lancashire terug met een kapitaaltje van ongeveer twee en een halve ton.
In eene vergadering van vakvereenigingen te Lancashire in Engeland zeide eens de secretaris van den Weversbond: "Mijn oordeel moet gewicht in de schaal leggen, want ik vertegenwoordig hier de vereeniging met het grootst aantal leden." Doch de secretaris van den Timmerliedenbond voegde hem toe: "Welke kracht gaat er van uwe vereeniging uit, het zijn enkel vrouwen.
De voormiddag van den anderen dag werd besteed om zijne vrienden te bezoeken, voornamelijk Thomas Staal, die werkelijk prachtige vondsten op de gezamenlijke claim gedaan had. De brave kerel uit Lancashire ontving zijn vennoot met de meeste hartelijkheid en kwam met Cyprianus overeen, dat Bardik en Li evenals vroeger hunne werkzaamheden hervatten zouden.
"Ja, wij zijn het mooi ontsnapt!" zei de mijnwerker uit Lancashire, terwijl hij den Franschman de hand drukte. "En Makatit?" vroeg Cyprianus. "De arme jongen ligt daaronder," antwoordde Thomas Staal, op de puinhoopen wijzende, die zich op hun gemeenschappelijk eigendom opgestapeld hadden.
Cyprianus vroeg zich af, terwijl hij al die getaande gezichten in oogenschouw nam, tot wien hij zich zou wenden om de inlichtingen in te winnen, die hij noodig had, toen hij eindelijk te midden van een groep het open gelaat herkende van Thomas Staal den gewezen mijnwerker van Lancashire.
"Kijk toch, mijnheer Méré, hij houdt nog eene kluit aarde in de vuist geknepen!" deed Thomas Staal, die het beste hielp, om dat groote zwarte lichaam te wrijven, opmerken. En hij wreef goed, die brave mijnwerker van Lancashire.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek