Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 6 juni 2025
Joe merkte tegen den avond een groot licht op in het westen. Onder hoogere breedten zou men geloofd hebben, dat het een noorderlicht was; de hemel scheen in vuur te staan. De doctor onderzocht oplettend dit verschijnsel. "Het kan slechts een werkende vulkaan zijn," zeide hij. "Maar de wind voert er ons boven," hernam Kennedy. "Welnu! wij zullen hem op eene genoegzame hoogte overtrekken."
"Wij moeten er echter over," zeide de doctor. "Laat ons de kisten wegwerpen, daar wij ze hebben geledigd," zeide Kennedy. "Werp ze weg!" "Ziedaar!" zeide Joe. "Het is verdrietig dat dat alles zoo stuk voor stuk weg gaat." "Wat u betreft, hernieuw uwe opoffering niet. Wat er gebeure, zweer mij ons niet te verlaten." "Wees gerust, meester, wij zullen elkander niet verlaten."
Mooi, daar was de woestijn! dat stond mij aan, want toen kon ik beter en verder voor mij uitzien. Ik hoopte altijd den Victoria te ontdekken. Maar niets daarvan. Na drie uren belandde ik als een gek in eene legerplaats van Arabieren! Welk eene jacht!.... Ziet gij, mijnheer Kennedy, een jager weet niet wat eene jacht is, als men nooit op hem zelven jacht gemaakt heeft!
Wij zullen die hoop niet teleurstellen. Zijt gij van mijn gevoelen?" "Zeker, Samuel, wij zijn gereed u te gehoorzamen." "Laat ons dan handelen en als de morgen aanbreekt, zullen wij trachten hem te ontvoeren." "Maar hoe zullen wij die ellendige negers verjagen?" vroeg Kennedy.
"Waarover kan hij zoo denken?" vroeg Kennedy zich af, toen zijn vriend hem in Januari verlaten had om naar Londen terug te keeren. Hij vernam dit op een morgen door het artikel in den "Daily Telegraph." "Genadige Hemel!" riep hij uit, "die dwaas, die onzinnige! Afrika in een luchtballon te doorkruisen! Dat ontbrak er nog aan! Ziedaar dan waarover hij sedert twee jaren dacht."
De doctor bleef echter onbeweeglijk en verdiept in zijne overdenkingen. Hij hoorde het roepen zijner reisgezellen niet, hij kwam niet bij hen terug om eene beschutting tegen de hitte te zoeken. "Waaraan denkt gij toch, Samuel?" vroeg Kennedy. "Aan een vreemd contrast der natuur en een merkwaardig gevolg van het toeval.
"He!" zeide Joe stilstaande, "waar duivel houdt dit dier zich aan vast?" "Het komt er weinig op aan," antwoordde Kennedy, "laat ons loopen!" "Ach mijnheer Kennedy," riep Joe uit, in lachen uitbarstende, "bij zijn staart! Het is een aap! Het zijn maar apen!" "Dat is nog beter dan menschen," hernam Kennedy, terwijl hij zich onder den huilenden troep wierp.
"Zullen wij er over trekken?" vroeg Kennedy. "Neen, als het God behaagt; ik hoop een gunstigen wind te vinden, die mij naar den evenaar terugbrengt, ik zal zelfs wachten als dat noodig is en ik zal met onzen ballon doen, even als met een schip dat het anker uitwerpt bij tegenwind."
Ongerustheid van Kennedy. Weg naar het noorden. Een nacht dicht bij Aghadés. De wind werd bedaarder gedurende den nacht en de Victoria bleef stil boven een grooten wilden vijgenboom. De doctor en Kennedy waakten beurtelings en Joe maakte van die gelegenheid gebruik om een goeden slaap te doen, vier-en-twintig uren achtereen.
Weldra ging het schuitje rakelings langs den grond; de negers van Al-Hadji stortten er op los, maar, zoo als in dergelijke gevallen gebeurt, nauwelijks had het den grond aangeraakt of de Victoria steeg plotseling om eene mijl verder weder te dalen. "Zullen wij hen dan niet ontkomen?" vroeg Kennedy woedend.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek