United States or Turkey ? Vote for the TOP Country of the Week !


Na deze plechtigheid werd het geduld der toeschouwers weder een geruimen tijd op de proef gesteld; maar de hooggespannen verwachting werd ruim voldaan, toen een schel klaroengeschal, afgewisseld door een vroolijke muziek, de nadering van den hofstoet aankondigde en men weldra door de hoofdstraat de Gravin zag aankomen, op 't prachtigst uitgedost en omringd van een luisterrijke schaar van Ridders en Jonkvrouwen, op trappelende rossen en witte hakeneien gezeten en schitterende van goud en edelgesteenten.

Eer hij gansch was ontwaakt, hoorde hij het gedonder van zware hamersslagen, het geklingel van wapenen, het noodgeroep der Kerels en de zegekreten der Isegrims. "Blijft, blijft!" zeide hij tot de verschrikte jonkvrouwen. "Wij worden aangevallen, valsch, verraderlijk. Het zal niets zijn. Wacht op mijne terugkomst. Houdt u stil...." En met uitgetogen zwaard sprong hij naar buiten.

Cleomades zeide, dat hij bereid was in de plaats van den gewonden ridder te gaan, en dus begaf hij zich met zijn niet gewonden kameraad op weg naar het Hof van Koning Cornuant. Den volgenden morgen verschenen zij in het strijdperk. De drie beschuldigers werden verslagen, en de jonkvrouwen werden onschuldig verklaard volgens de wetten der ridderschap.

Slechts van tijd tot tijd scheen eene siddering de leden van Dakerlia te doorloopen, wanneer de galmen van grove of dreigende stemmen meer duidelijk haar oor troffen, doch zij liet even ras weder het hoofd nederzakken, onder het slaken van eenen angstigen zucht. Nevens deze kamer, in een ander vertrek, bevonden zich de wapenlieden, die hier gesteld waren om de gevangene jonkvrouwen te bewaken.

"Laat dan boven van het meest nabijzijnde bolwerk Donna Bérangère ons haar gelaat ongesluierd vertoonen, en ik zal het beleg opheffen." Tegen zonsondergang verscheen de koningin en stond op het muurwerk met ongesluierd gelaat, omringd door haar jonkvrouwen in prachtige gewaden, schooner dan de opkomende maan te midden der eerste sterren, die aan den hemel schitteren.

Zes dochters waren uit het huwelijk van den heer Wolf van Hammerstein met zijn sedert jaren ontslapen echtgenoote geboren, liefelijke jonkvrouwen, die voor den bejaarden vader groote vereering koesterden. Hun kinderliefde viel echter bij den ruwen krijgsman in verkeerde aarde. Dat hem geen zoon beschoren was, kwelde hem zeer. Gaarne had hij voor een stamhouder het halve dozijn meisjes gegeven.

Nu geloofde Don Quichot wat zijne verbeelding hem had voorgespiegeld ten volle bewaarheid te zien; want hij hield den zwijnenhoeder voor den ontbrekenden dwerg en sprong vroolijk van het paard, om de beide schoone adellijke jonkvrouwen, dat wil zeggen de ganzenhoedsters, met eerbiedige buiging te begroeten.

Deze was op een dag na den eten daar gekomen, terwijl de donna, die Ghismonda heette, in een van haar tuinen was gegaan met al haar jonkvrouwen, zonder dat hij er door iemand was gezien of opgemerkt en daar hij haar niet in haar vermaak wilde storen en de vensters van de kamer gesloten vond en de gordijnen van het bed omlaag, zette hij zich aan de voeten daarvan neer op een verhooging en met het hoofd op het bed geleund en de gordijnen om zich heen getrokken, alsof hij zich daar met zorg had verborgen, sliep hij in.

Toen sprak haar vader tot haar: »Mijn lief kind waarom ben je zoo treurig? wat je wenscht zal toch immers gebeurenZij bedacht zich een oogenblik, toen zeide zij: »lieve vader, ik zou een meisje wenschen, volkomen aan mij gelijk in gelaat, en gestalte en gang.« »Als het mogelijk is wordt die wensch vervuldzei de koning, en hij liet zijn geheele rijk zóó lang doorzoeken, tot er elf jonkvrouwen gevonden waren, zijn dochter volkomen gelijk in gelaat, gestalte en gang.

Eenige dagen na hunne verlossing, in den vroegen morgen, zaten Dakerlia en Witta in eene benedenzaal van des kasteleins Steen, waar Hacket hen had geherbergd, terwijl Robrecht integendeel binnen de proostdij zijn verblijf had. Eggard Van IJsendijke, de jonge en dappere vriend van mher Sneloghe, hield de jonkvrouwen gezelschap en koutte vroolijk met hen.