Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 12 oktober 2025


Zwart daarentegen is het krullend haar en de kegelvormige baard, en helder blauw zijn de oogen des beeldschoonen jongelings, die aan zijne linkerzijde is gezeten. Deze is Nikolaas Pauw, de telg uit een beroemd Amsterdamsch geslacht, dat reeds meermalen regeeringsambten heeft bekleed.

Deze klaagde om de verloren geliefde, want louter de eindelooze min voor de schoone lelie had hem naar het eenzame dal gevoerd en de granietrotsen bogen in deelname hare hoofden voor des jongelings jammerklacht.

Geef u de moeite den blik van stomme bewondering dezes eenvoudigen, van onverschilligheid dezes onbeduidenden, onderling, en met het oog van verachting dezes veertigjarigen jongelings, "die zóó veel gezien heeft in zijn leven en op zijne reizen", te vergelijken.

Nadat Gwyde lang en met onzekere blikken zijn zoon had aangestaard, liet hij eensklaps de hand van onder zijn hoofd gaan en vroeg: "Willem, mijn zoon, maar wat vraagt gij altijd zo vurig van God?" "Ik bid voor mijn arme zuster Philippa," was des jongelings antwoord.

Dit is nu al des jongelings derde gedicht op God, en telkens heeft hy nieuwe denkbeelden over dat onderwerp. Hy groeit my boven het hoofd... het is verbazend! Ook de pruik was verbaasd: ze verroerde zich niet. "LOUWTJE DE WILDE, op de vriendschap. De vriendschap is een schoone zaak. En geeft het menschdom groot vermaak." De pruik scheen niet tevreden.

De monnik had zich bij die gelegenheid het vertrouwen des onrustigen jongelings verworven, en toen kort daarna deze laatste met den Heer van Aylva en den Abt van Sint-Odulf naar Holland werd afgevaardigd, en deze zijn voornemen te kennen gaf om een der broeders met zich te nemen, om als klerk bij het gezantschap te dienen, was het niet vreemd dat Adeelen hem verzocht zijn keuze te dien einde op broeder Syard te vestigen, hetgeen de Abt gereedelijk toestemde, daarbij tevens aanmerkende, dat broeder Syard wel geen man van hooge vlucht was, maar doorgaans zijne bedoelingen goed begreep en zeer bruikbaar was tot allen zoodanigen arbeid, die ijver en nauwgezetheid vereischte.

Hij vond Jakob Mispels en zijne vrouw druk bezig bij den haard met de bereiding van zijn avondmaal; er lag reeds een wit ammelaken over de tafel gespreid. De hovenier, zoohaast hij den groet des jongelings hoorde, kwam hem te gemoet geloopen, greep zijne hand en vroeg met koortsige nieuwsgierigheid: "Welnu, welnu? Hoe is het afgeloopen? Heeft uw oom u goed onthaald? Is hij tevreden over u?"

De Baron, zoowel als Raesfelt, beducht dat het Spaansche bloed eenmaal in de aderen des jongelings mocht spreken, boezemden hem, van kindsbeen af, een vreeselijken haat in tegen zijn landgenooten, en een groote liefde en achting voor het huis van Oranje, vooral voor Graaf Maurits, zijn meest schitterende ster.

Schrik en droefheid betwisten zich het regt over des jongelings gelaatstrekken; maar zijn besluit is spoedig genomen; hij bukt, waagt zijn geheelen arm en het beste ongedecartiseerde laken aan het modderige vocht en niet te vergeefs; want hij redt het voorwerp, dat hem van onberekenbare waarde is; maar ach! door den val is het glas gebroken, en de haren projectilen zijn van haren glans en zuiverheid beroofd.

En evenzoo maar dit vermoedde Justus, van zijne hoogte als man en ondermeester zelf zoo niet evenzoo lagen voor het kind de roerselen bloot van het gemoed des jongelings. Justus, na in zijn twaalfde jaar ouderloos te zijn geworden, was bij meester Van Meppen als kweekeling op school gekomen. Marieken was toen even negen.

Woord Van De Dag

veerenbed

Anderen Op Zoek