Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 25 november 2025
Dewyl de Colonisten doorgaans de schoonsten hunner slaven tot dit werk, als mede tot het bedienen van de tafel enz. verkiezen, verschafte de naaktheid van deeze jonge, sterke, gezonde en geschikte roeijers ons eene gemakkelyke gelegenheid, om hunne huid te onderzoeken, welke byna zoo zwart was als ebbenhout, en zeer blinkend.
Ik moet erkennen, dat die dieren met hun bevallige bewegingen en gladharige huid verwonderlijk zwommen; als zij op het strand lagen, namen zij allerlei bevallige houdingen aan; het is dus geen wonder, dat de ouden ze dichterlijk met tritons en sirenen vergeleken. Er waren er onder, die men, omdat zij een lengte van zes tot zeven meter bereikten, zeeolifanten noemt.
Den volgenden morgen kwamen Bruno en Buffalmacco, die zich de huid beschilderd hadden onder de kleeren met plekken, zooals de stokslagen die achterlaten, in het huis van den dokter en vonden hem op, en toen zij binnen waren, roken zij dat alles nog stonk. Toen de medicus ze zag, zeide hij, dat God hun een goeden dag zou geven.
Zijn voedsel bestaat uit allerlei bladen. Het vleesch van dit dier wordt door de inboorlingen gaarne gegeten; deze weten ook van de stekels op verschillende wijzen gebruik te maken, o.a. worden zij in sommige ziektegevallen in de huid van den patiënt gestoken, met een soortgelijke bedoeling, als waarvoor bij ons Bloedzuigers gebruikt worden.
Al spoedig maakte de zon afschuwelijke maskers van ons gelaat, dat opzwol en opdroogde, zoodat de huid op sommige plaatsen barstte. Wij konden zelfs niet verdragen, dat we er met den zakdoek aan raakten. Het frissche water, dat eerst zoo weldadig was, veroorzaakte ons nu ondragelijke pijnen. Onze oogen waren rood en branderig. De lippen waren dor en sprongen.
De Yarouros zijn zeer donker van kleur; zij wonen in groote savanen: het is dus niet vreemd dat hunne huid zwarter is dan die van de Indianen, welke in de bosschen verblijf houden en minder aan de zonnestralen zijn blootgesteld. Het haar der mannen is rondom het hoofd afgeknipt; dat der vrouwen hangt los over de schouders.
Als iets van het vúúr, dat zijne naburen bezitten, hem éigen was, dan zou hij daarvan wel iets in de kleur en de manier van kleederdracht toonen, evenals de tijger dat in zijne gevlekte huid doet.
Zie, die heerlijke golf van haar losgevallen haar, wat teekent hij nu vooral de blanke fijnheid van haar huid.
Door alle bewoners van de noordelijke gewesten wordt de Veelvraat wegens zijn tallooze rooverijen zooveel mogelijk vervolgd en gedood, ofschoon zijn vel niet overal gebruikt wordt. De Kamtschadalen schatten het echter zeer hoog, en zijn van oordeel, dat geen huid beter dan deze voor bont geschikt is.
Onze Vischotter en verscheidene van zijne verwanten komen op sommige plaatsen tijdelijk ook wel in de zee voor; één soort van de onderfamilie is echter geheel en al een zeebewoner. De Zeeotter of Kalan (Enhydris lutris), vertegenwoordiger van een afzonderlijk geslacht, vormt misschien een overgang van de Otters tot de Robben. De kop is wel is waar nog eenigszins afgeplat, maar toch rondachtiger dan bij de Zoetwater-Otters, de hals zeer kort en dik, de romp rolrond; de korte, dikke, samengedrukte staart loopt wigvormig uit en is dicht behaard. De voorpooten verschillen van die van den Rivierotter alleen door hunne korte teenen, die door een eeltachtige, van onderen naakte huid verbonden zijn en kleine, zwakke klauwen hebben. De achterste ledematen echter gelijken veel op vinnen, minstens evenveel als die van de Zeehonden, van welker achterste vinvoeten zij zich onderscheiden, doordat de teenen trapsgewijs van binnen naar buiten langer worden. In vele opzichten gelijken de achterpooten van den Zeeotter op die van den Bever, hoewel zij van boven en van onderen met korte, dichte, zijdeachtige haren bezet zijn. Het bovenhaar bestaat uit lange, stijve, zwartbruine haren met witte spitsen, waardoor de zwartbruine vacht van het dier wit gesprenkeld is. Bovendien zijn er uiterst fijne wolharen. De jonge dieren hebben een lange, grove, witte of bruinachtig grijze beharing, die de fijne bruine wol volkomen bedekt. Volwassen Zeeotters bereiken een totale lengte van minstens 1.5 M., waarvan ongeveer 30 cM. op den staart komen, en een gewicht van 30
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek