Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 22 oktober 2025
De ouderen verhaalden van de verdrukking waaronder Athene gezucht had gedurende de laatste jaren van Hippias' bewind, na de vermoording zijns broeders; sommigen wisten te vertellen dat de gezanten pogingen tot omkooping van Atheensche burgers hadden in het werk gesteld; allen waren het eens dat, al zou Hippias de voortreffelijkste vorst ter wereld geweest zijn, men hem in geen geval uit de handen eener vreemde mogendheid wilde aanvaarden.
Op marsch had men vernomen, dat de Perzen voornemens waren te landen in de baai van Marathon, welks vlakte, met eene lengte van negentien op eene breedte van drie kilometer, een uitstekend terrein aanbood voor hunne ruiterij, alleen reeds even sterk als de Atheensche troepen, en vanwaar Hippias den vijand zonder bezwaar naar Athene meende te kunnen leiden.
Den krans der redenaars op het hoofd ving Themistokles met radde tong aan: «Wat dunkt u, mannen, van de verwatenheid des konings, die meent aan Athene te kunnen voorschrijven wat het te doen, wat het te laten hebbe? En wanneer wij mochten weigeren dan dreigt ons eene kastijding, als waren wij kinderen, die door den vader gestraft worden! Wij zouden Hippias weder in ons midden ontvangen!
Nooit toch, sedert men den naam van Athene kent, is het aan een zóó groot gevaar blootgesteld geweest als thans. Zegepralen de Perzen dan beseft ge wat lot de stad, aan Hippias overgeleverd, te wachten staat; overwint daarentegen Athene dan is de dag niet ver waarop het den hoogsten rang zal innemen onder de staten van Hellas.
"De vlakte van Marathon is," zoo had hij gezegd, "de beste plaats om te landen. Zij is uitgestrekt en effen en biedt voldoende ruimte aan, om de ruiterij te ontplooien." Daarom landden de Perzen te Marathon. De bergen zagen kalm neer op de duizenden soldaten, en Hippias droomde zich reeds weer tyran van Athene. Maar gedurende al dien tijd waren de Atheners niet ledig gebleven.
De inscheping der paarden van het vijandelijk leger zou waarschijnlijk bij het aanbreken van den dag zijn afgeloopen zoodat men, alsdan aanvallend, de gevreesde ruiterij der Perzen niet zou te bevechten hebben, terwijl, liet men hun de gelegenheid op een andere plaats in Attika te landen, alles weder van meet af aan zou moeten beginnen, men bezwaarlijk eene zoo geduchte stelling als thans tot dekking der hoofdstad zou kunnen innemen en den daar achtergebleven vrienden van Hippias slechts te langer tijd zou zijn gelaten om zich met hem in verbinding te stellen.
Pisistratus stelde er zich niet mede tevreden, de doode dichters eer te bewijzen; hij noodigde ook de besten der toenmaals levende dichters uit, Athene tot hun woonplaats te kiezen, en hij zorgde er voor, dat zij daar behagelijk konden leven. Toen Pisistratus in het jaar 527 vóór Christus stierf, was er niemand, die zijn zoon Hippias verhinderde, hem op te volgen.
De veldtocht gold in de eerste plaats Athene, dat voor korte jaren den Ionischen opstand gesteund en Sardes in de asch gelegd, dat geweigerd had den verbannen Hippias op des grooten konings bevel weder op te nemen.
Daar haalt dan ook zes hem al voorbij; die weet wat het zegt, zijn adem voor het laatst bewaren.» «En zeven ook; drie en vier raken het kwijt; wat zeide ik?» merkte Simon op. «Om het even, als dat gladde gezicht er maar niet komt,» meende de kolenbrander uit Acharnai. «Ik zie hem wel, als ik 's morgens vroeg met mijn kolen in Athene kom; dan zwiert hij nog met zijn makkers langs de straat en haalt allerlei streken uit.» «Pheidippides is het, de zoon van Timotheos,» zeide een deftige Athener van goeden huize, die zich thans voor het eerst in het gesprek mengde. «Ik ken zijn vader, een braaf man, die niet ledig heeft gezeten toen het gold den tiran Hippias te verjagen.
Een trompetsignaal had in de verte weerklonken en op hetzelfde oogenblik zagen de Perzen hoe de geheele vijandelijke massa voorover boog en een sneller beweging aannam, terwijl tegelijkertijd een wild krijgsgeschreeuw uit elfduizend keelen zich verhief. «Ge hebt gelijk, Hippias,» sprak Datis, «uwe landgenooten zijn door waanzin getroffen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek