Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 3 mei 2025
"Ik ben Alonzo Spinola!" riep hij eenigszins luid, doch steeds bij zich zelven sprekende, en zocht door deze gedachte alle banden te verbreken, die hem nog aan de bijgeloovigheid konden gekluisterd houden. Doch hoor, was dat grinnikend lachen, hetwelk hij na dien laatsten uitroep vernam, ook een spel zijner opgewekte verbeelding? Hadden zijne ooren hem dan ook nú bedrogen?
De kleine Gossett wees, als Vigors eenige beleedigende aanmerking op hem maakte, grinnikend naar het raampje van de kajuit en alleen de herinnering deed Vigors verbleeken en bracht hem tot zwijgen. Binnen twee dagen bereikten zij Gibraltar, waar meneer Sawbridge en ook Jolliffe weer aan boord van de Harpij kwamen. Gedurende de veertien dagen, die ze voor anker lagen, mocht Jack aan wal blijven.
Nergens kon die aapachtige dood zoo op zijn plaats zijn, die grinnikend, met de passen van een ouden stijven dansmeester, den paus, den keizer, den edelman, den daglooner, den monnik, het kleine kind, den zot en al de andere beroepen en standen uitnoodigend meetrekt.
"O, jij nog altijd de oude guit van een Michiel bent," hervatte de neger grinnikend, terwijl hij zijn witte tanden liet zien. "Ja, Jan! een vos verliest wel zijn oude haren, maar niet zijn oude streken, zou stuurman Dirksz zeggen. Maar ga zitten," hervatte hij trouwhartig, "en laat ons elkander onder een glas Spaanschen wijn onze lotgevallen vertellen."
Dat kind zal binnenkort overleden zijn, overleden zonder eenig voordeel voor u." »Zonder eenig voordeel," hernam Texar grinnikend, »wanneer ik haar verwijderd houd van hare stervende moeder, verwijderd van haren vader, van haren broeder, die wanhopig zijn." »Dat is zoo!" zei Zermah. »Mij dunkt dan ook, dat gij u genoeg gewroken hebt, Texar.
Hij heette een kluchtige ziel, een koddige duivel, een drollige koopman, een malle weerga: en hij kon de onnoozelste dingen niet voortbrengen, ja nauwlijks zijn mond opendoen en zijn neus snuiten, of een algemeen gelach, een grinnikend hoofdknikken, een verdoovend handgeklap, begroette zijn vermeende geestigheid of bespaarde hem de moeite die uit te kramen.
Vooruit reed 't Barontje, met zijn phaëton en twee paarden; daarna meneer François, nu eens met één paard, dan ook wel eens met een tweespan; en Plus-Que-Parfait sloot de rij, roerloos-fiks en correct in zijn dogcart, naast zijn nietig knechtje. Het was een heele opschudding, de eerste keeren, de gansche straat stond uit, half bang, half grinnikend.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek