Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 24 mei 2025
De oudeheer Kopperlith had de waarheid gezegd: z'n buiten lag vlak by "de Logementen." Dit was gezellig, zeide hy, want men vond er couranten, en menschen uit de stad. Eigenaardig is het, dat de meeste ontvluchters van 't stadsgewoel hun landelyke eenzaamheid slechts dan behoorlyk kunnen genieten, wanneer ze nogal heel erg vermengd is met steedsche drukte. Wouter bemerkte dan ook zeer spoedig dat het "buiten-zyn" geheel iets anders was dan-i zich had voorgesteld. Hoe krom en verdraaid ook de idylliteit zich in verzen aan hem had voorgedaan, hy vond geen spoor van de beelden die zy in z'n fantazie hadden opgewekt. By 't rondzien uit z'n achterbakjen op 't rytuig, bespeurde hy geen enkel plekje waar 'n verloren zoon 't kleinste biggetje had kunnen deelgenoot maken van z'n berouw. Herderinnen met bebloemde hoeden, korte rokjes en roodkleurige schoenen zag hy nergens. Geen Damon bespeelde de dwarsfluit. Geen jeugdige landbewoners dansten op den fluweeligen grasgrond. En ook die grasgrond-zelf, met of zonder fluweel dan, ontbrak. Overstappende op andere hoofdstukken uit de geschiedenis zyner verbeelding, wou ook de romantische wildernis, zoo aantrekkelyk door 't verondersteld gemis aan conventie, zich maar niet aan hem vertoonen. By 't omslaan van 'n hoek, had de fameuze "britschka van papa" byna 'n half-blinden vioolspeler overreden... was d
"Het is de lichtende ster op mijn wedloopspad. Maar stil nu, daar komt de hoofdman aan!" De Groote Wolf keerde terug. Hij stak een lans in den weeken grasgrond, en verklaarde, dat de wedloop om het leven beginnen zou. "In welke kleeding?" vroeg Hobble-Frank. "Naar ieders verkiezing."
Nu is het spookuur voorbij en hoogere geesten onder leiding van Ariël, den geest der lucht, hebben den vermoeiden lijder opgenomen en op een bloemenrijken grasgrond uitgestrekt; zij zingen hem in slaap en zweven om hem heen, terwijl zij de rust in zijn gemoed herstellen: "Nu is de nacht neergezonken en heilig verbindt ster aan sterre zich; groote lichten, en kleine glinsteren nabij en ter verte, glinsteren weerspiegeld in het meer, glanzen in de heldere hoogten des nachts.
Den student Anselmus was het, als werd hem in klare woorden iets gezegd, wat hij reeds lang voorvoeld had en ofschoon hij tegelijk meende te bemerken, dat vlierstruik, muur en grasgrond èn alle voorwerpen rondom zachtjes begonnen te draaien, vermande hij zich toch en wilde iets zeggen, doch de archivaris liet hem niet aan het woord komen, maar stroopte snel den handschoen van zijn linkerhand af en terwijl hij den student den zonderling vonken- en vlammenschietenden steen van een ring voor oogen hield, sprak hij: „Zie eens hier, waarde Mijnheer Anselmus, opdat gij u verblijden moogt, over wat gij aanschouwt”. De student zag toe en wonderlijk! de steen wierp als uit een brandend middelpunt stralen rondom zich en die stralen versponnen zich tot een hel-lichten kristallen spiegel, waarin met velerlei windingen, nu eens voor elkander vliedend, dan weer zich ineenstrengelend, de kleine goudgroene slangen dansten en draaiden.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek