Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 2 mei 2025


»Dat heb ik mij zelven óok wel eens gezegd, mijn waarde!" was dan zijn goelijk antwoord; »maar ziet ge, in mijne familie werd dat zoo niet voor een beroep aangemerkt! Iedereen raadde het mij af. Zoo'n beetje voor liefhebberij, ja, d

"Mama zou het wel weten," hernam het jongste kind goêlijk, "maar die is buiten." "Mesdemoiselles!" klonk het gebiedende achter uit den gang. Waarschijnlijk was het jufvrouw Numero Negen, die de kinderen, hoe schoorvoetende ook, verpligtte, met haar naar boven te gaan. "Wil je in de keuken niet eens hooren, of eene van je kameraads het weet?" vroeg de blaauwbessenvrouw aan den knecht.

Daar hing veel fijn groen, met 'n enkele chrysant er tusschen sierlijk van af, uitloopend in een ijlen, slanken slinger, die om de klok was gelegd, en de wijzerplaat goelijk bedekte. Vazen met chrysanten en daliahs stonden op kleine tafeltjes, sierden het tot buffet gepromoveerde bureau.

Maar, zeide hij tevens, zich tot Siddha wendend, zoover als gij ben ik ongelukkig nog bij lange niet. Of ik misschien al eenige gunst in de oogen der dochter zal mogen vinden, van den vader durf ik mij gansch niet verzekerd houden. Dat zal mettertijd wel teregtkomen, merkte Feizi goelijk op, doch genoeg voor 't ogenblik van ons vertrouwelijk gesprek!

"Il ne s'agit que de bien voir la chose, maar als gij mij zóó stondt aan te kijken, zou ik je vierkant den rug toedraaien, om je nooit weer op te zoeken." "Ik ben u de toelichting schuldig," hervatte Leopold, goelijk lachend. "O ho! is 't er zóó mee gelegen, dan kunt gij 't mij toch niet kwalijk nemen, dat ik niet gecharmeerd was van uw hoog-adellijk evenbeeld!"

Werkelijk kenschetste het bruin verweerd gelaat hem als iemand, die veel aan den invloed van de buitenlucht is blootgesteld geweest, terwijl de trekken bij eene oppervlakkige beschouwing niets gedistingueerds hadden; zij waren grof en goelijk; om den grooten, gullen mond speelde een welwillende glimlach, die echter verre was van zekere stereotype weekheid en het wenkbrauwfrondsen, het voorhoofdsrimpelen niet belette als er oorzaak voor was.

"Rare sijs," mopperde de vrouw alleen, goelijk. En plotseling, met een fellen blik van boven haar bord òp en de tafel rond, zei het kind luid en duidelijk: "'k Heb een dienst!" Even bleef het stil. "Wel God nog en toe!" kwam de moeder, beduusd door de wonderlijke manier, waarop zij het te hooren kreeg.

Men zegt, gezette lieden zijn goêlijk en opgeruimd. Mijnentwege moge de regel doorgaan, mits men mij de exceptie gunne. Want er zijn dikke grommerts, harde, lastige knorrepotten onder plompe gestalte. Egoïsten, ontzaggelijk fijnvoelend als hun eigen olifantshuid wordt aangeraakt en volkomen onaandoenlijk voor alles wanneer slechts hun eigen dierbare ik buiten 't spel blijft; niet dat wij het egoïsme voor eene kwaal houden, die wast met het vleesch; ware d

En dit verschil met den zoetvoerigen, breedsprakigen, goelijk gemoedelijken, maar in de oppervlakkigheid wegdrijvenden preektoon van Willems moest als vanzelve scheiding maken tusschen het gevoelen der hoorders.

Woord Van De Dag

fabelland

Anderen Op Zoek