Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 13 oktober 2025


Een lappendeken van groen, geel, met een floers, een waas bedekt; bovenaan een horizontaal vlak, van links naar rechts helder schitterend, soms zwarte of witte stipjes. Dáárboven een ongelijke horizontale streep, naar boven weder een helderen rand. Die heldere, horizontale baan is de zee, die ongelijke horizontale streep is Madoera, het eiland waar ge over heen ziet.

Maar zij vermocht het niet, want buiten, door het bewasemde glas der ruiten heen, zag zij de tragische lucht, vol voortdrijvende, zwartgrauwe wolkengebergten en zag zij den regen, met rechte zondvloedstralen neêrklateren, en zag zij de zee, somber en dreigend als een naderend gevaar van woedend schuimwater, schemeren door het floers van stortregen heen ... Molde!

't Gekleurde floers leven genoemd door hen Die wáren dat al 't geen de mensch geloofde Of hoopte, nabootste, als met ijdle kleuren, Is weggescheurd. Het walglijk masker viel.

Dan denk ik aan de vreugde van zijn machtige, vrije leven, aan het droevige van ons onnatuurlijk menschenbestaan, en er komt plotseling een floers voor mijn oogen. Als mijn blik de diepe kolk weer opzoekt en op de zachte oppervlakte rust, die glanst in stille kleuren, beweegt het kalme water aan mijn voeten. Daar is ook leven.

Hij keerde naar zijn eigen kasteel terug. In den nacht was alle rust hem verre. Gekweld door zichzelven, liep hij de zaal heen en weer, altijd nadenkend: "Wie is mijn grootste vijand?" De morgen was geen troost voor hem. Voor zijn oogen bleef een donker floers, gespannen als het duister in den nacht, en zonder ophouden pijnigde hem de angstige vraag.

Den volgenden dag was het ongunstig weder. De hemel was geheel met een donker floers bedekt, en een zachte regen viel op de bloeiende appelboomen en de vlier. Liesje stond des namiddags boven in haar kamertje, en zag met een droevig gelaat naar het slot, welks torens in een grauwen sluier gehuld schenen.

Maar al zonk het leven der natuur, sinds om de zonde ook over haar het floers van den vloek wierd gespreid, toch geeft ook zoo die schepping ons nog een kostelijke sprake, die ons een spiegel van het hemelsche is. Zie het plantenrijk. Hoe laag vangt het niet aan. Een mos, een gras, een varen. Als de wind er over gaat, verdord; als de zon ze treft, verzengd. Maar ginds tiert reeds meerder.

Woord Van De Dag

cnapelinck

Anderen Op Zoek