United States or Sri Lanka ? Vote for the TOP Country of the Week !


Geen pathos, geen verrukking; geen hartstochtelijke apostrophen. Men voelt den gloed wel, maar de vlam brandt achter een muur. Hij wil niet meesleepen, hij wil overtuigen. Vaak verloopt het mathematisch betoog voor ons, die het met andere ooren en oogen en harten lezen dan de 18e-eeuwsche burgers, in grauwe eentoonigheid, de lang-uitgesponnen voorbeelden ontleend aan de oudheid laten ons koud.

Van het land, dat de Polen bewonen, heeft men, om een denkbeeld zijner eentoonigheid te geven, meermalen gezegd, dat hij die één akker er van gezien heeft, het geheele rijk kent. "Allerwegen," zegt men, "dezelfde treurige kleur in de natuur en in de menschenwereld, overal dezelfde zeden, taal en levenswijze der bewoners, overal dezelfde grondgesteldheid, bebouwing en vruchtbaarheid.

De steppen van Rusland, die men wel eens woestijnen genoemd heeft, hebben dien naam voornamelijk te danken aan hunne eentoonigheid. Zij, zooals ook de moerassen van Polen, wanneer de mensch zich maar eenige moeite geeft, zijn vruchtbaar en loonen den arbeid.

Het was een gemakkelijk, doch ook een tamelijk vervelend leven, dat beide jonge mannen hier leidden, en de eentoonigheid werd slechts afgebroken door plotselinge, kleine kafferopstanden, die uitsloegen als het vuur uit een smeulenden puinhoop. Maar de arme Kaffers, die de dwaasheid hadden, om te rebelleeren tegen Rhodes' ijzeren vuist, hadden het zwaar te verantwoorden.

"Integendeel! hij wil u verheffen en u op de plaats stellen waar gij hoort!" viel ik in. "Heb ik daar geen gelijk aan, kapitein Willibald?" "Groot gelijk! althans als gij slaagt," zei Willibald nu ook lachend. "Maar dat zal hij niet!" riep Francis; "ik verweer mij zoo goed als ik kan; wij haspelen den heelen dag, dat onderhoudt de vriendschap en dat breekt zoowat de eentoonigheid."

Ik herinnerde mij hoe zij zich te Guérande verveeld had, hoe zij vol ongeduld haar dagen had doorgebracht in een vermoeiende eentoonigheid. De lieve vrouw was goed genoeg geweest. Ik had echter nooit de plaats van minnaar bij haar ingenomen, het was veeleer een broeder, dien zij in mij beweende. Waarom zou ik opnieuw haar leven in de war brengen? Een doode is niet jaloersch.

Zijt ge zoo gelukkig dit te bezitten, en weet ge alzoo vruchtbaarheid van produktiviteit, statigen ernst van eentoonigheid, vrije natuurschakeering van kunstige afwisseling te onderscheiden ga dan naar dat deel van Gelderland, dat door een zijner eigene Hertogen werd gekenmerkt als »een wilt en bijster lant, daer veel overgrepen in geschiên plegen."

Het daaglijksch getwist was doorgegaan met stijgende eentoonigheid. Soms keken ze haar er even bij aan, met zekere verwondering, omdat ze niet trachtte te kalmeeren, of bij te leggen, maar ze waren er blijkbaar niet rouwig om dat ze ongehinderd ruzie mochten maken. Een van de broers zei wel eens dat ze er slecht uitzag, gelig van tint en magerder. Maar dat was ook alles.

Zoo gaat het trouwens vlekkeloos reine en deugdzame vrouwen dikwijls. Door de eentoonigheid van haar eigen zedelijken levenswandel vermoeid, verontschuldigen zij niet alleen van verre de misdadige liefde van anderen, maar benijden er hen zelfs om. Daarbij kwam, dat zij Anna hartelijk liefhad.

Overigens beschouwde ik de bruggen die afgeteekend zijn maar nog niet klaar, het slachthuis dat komen zal en al het andere met belangstelling, maar over de eentoonigheid, niet sprekend.