United States or Bhutan ? Vote for the TOP Country of the Week !


»Volgens mijn inzien, ja," antwoordde haar echtgenoot. »Wat moet er dan gedaan worden?" »De sloep ligt klaar! Het is tijd om te vertrekken," sprak de eigenaar van Camdless-Bay, zoo kalm en bedaard als de omstandigheden slechts gedoogden. »O, God!... O, God!..." kreten de vrouwen. »Kom, vrouwlief, moed! Alice, neem haar onder den arm en volgt Zermah met Dy naar de Ceder-Rots!

De beide Texars hadden daarenboven nog een middel in hun bezit, een beproefd middel, om datgene te erlangen wat hen nog ontbrak om rijk te kunnen heeten, en zelfs rijker dan zij ooit gedroomd hadden. En inderdaad, waarom leenden zij het oor niet aan de voorstellen, welke Zermah aan een hunner gedaan had? Waarom haastten zij zich niet, de kleine Dy aan hare wanhopige ouders weer te geven?

En "ze had het zwart op wit" zei ze, op haar dy slaande, waar de kostbare dokumenten geborgen schenen die haar woorden konden bevestigen. Deze bewysvoering was tegen de moeder van een der beide schepseltjes gericht, die lucht van de zaak gekregen, en gezorgd had vóór 't afvaren van de schuit daar te zyn.

En gelukte dat, dan kon zij zich immers door dat gat werken; zij zou de kleine Dy ook er door trekken. En eenmaal buiten, welnu, dan zou zij verder weten te handelen. Toen het ongeveer tien uren was, vernam zij niets anders meer dan het gehuil der windvlagen. Texar en Squambo sliepen.

Zij bracht haar bij den haard en bereidde toen een warmen drank, dien zij haar toediende. Zij verstrekte haar alle zorgen, voor zoover de omstandigheden van hulpeloosheid en verlatenheid, waarin zij zich bevond, dat toelieten. Dy bedankte haar met een glimlach... Maar welk een glimlach?... Hij was nog treuriger dan wanneer haar de tranen langs de wangen biggelden!

En je weet, lieveling, dat ik mijne beloften steeds stipt nakom." »Ja, dat weet ik!" juichte het kind. »Ja, dat zie ik, beste papa!" Dienzelfden avond, toen de kleine Dy te bed gebracht was, en de familie met hare vrienden te zamen vereenigd zat, stelde James Burbank allen op de hoogte van hetgeen in de gerechtszaal van Court-Justice voorgevallen was.

Zoodanig was de gedachtengang van Squambo, terwijl hij de kleine Dy en Zermah ontvoerde. Intusschen had het vaartuig den linker oever bereikt, en nu de Indiaan wist, dat hij zich ter hoogte van de Zwarte Kreek bevond, die toegang aan de wateren van de Sint John, in de uitgestrekte lagune-vorming verleent, zoo vreesde hij niet meer met zijne sloep op de eene of andere ondiepte te geraken.

»Waar is Dy?"... vroeg hij. »Is kleine Dy reeds te bed?... Maar, waar is mijn lief zusje dan toch?" »En waar is mijne vrouw?" vroeg Mars. Helaas, nu begon een verhaal van het gebeurde, dat, meermalen door snikken, door onbedwingbare snikken, door geween, door angstgegil, door wanhoopskreten afgebroken, maar ten slotte toch ten einde gebracht werd. Toen wisten de jeugdige zeeofficier en Mars alles.

Met haar zoo vroeg ontwikkeld verstand, nog gerijpt door het ongeluk, door de schrikkelijke tooneelen, welke zij bij de verwoesting der plantage had bijgewoond, begreep Dy dat zij aan het ouderlijke huis ontvoerd was geworden, dat zij zich in handen van een slecht mensch bevond, en dat zij, wanneer men haar niet te hulp kwam, Camdless-Bay niet meer weer zoude zien.

»O, God!... Een nieuw ongeluk!..." was de kreet van James Burbank. Hij vloog naar de deur, opende die en allen stormden naar buiten. Miss Alice stond daar op weinige passen afstand van het woonhuis bij mevrouw Burbank, die op den grond uitgestrekt lag. Noch Zermah, noch de kleine Dy bevonden zich bij haar. »Mijn kind?... Waar is mijn kind?" riep James Burbank in den grootsten angst uit.