Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 19 oktober 2025


Zij slenterden langs de netjes afgezette slingerpaadjes van den tuin met zijn ouderwetschen eigenaar; zij bukten zich onder priëelen van levend goud en purper; waadden door zeeën van scharlaken papavers en blauwe vergeet-mij-niet en taankleurige resida; zij ontdekten oude bijenkorven in allerlei onverwachte schaduwrijke hoekjes, en doken onder in middeneeuwschheid tot aan hun ooren.

Maar waarom moesten wij toch in den oorlog komen, treurde Snepvangers, wij zijn geen vechters... We zullen het wel leeren, grimde Sander, en toonde zijn leelijke tanden. Dinsdags joeg een onrust door de stad en het grauw plunderde de kaberdoeskens in het Schipperskwartier. Snepvangers en zijn vrienden doken vroeg in hun woningen, ontzet door het gehuil der bende. "Wij staan pal!"

Hij dacht opeens aan groote huizen, die plotseling in elkaar gestort waren, fortuinen, die waren versmolten, rijke menschen met leege handen een zee van ongelukken, val, vernedering doken op als herinneringen, die op een rij gingen staan en vooruitwezen als waren ze profetieën.

Zij doken en speelden bij de oppervlakte van het water, maar lieten zoo weinig van hun lichaam zien, dat men hen gemakkelijk voor waterratten had kunnen houden.

Als terugbevend voor de guurheid van het weder, doken wij als vanzelf in onze coupé weg. Nu eens pratend, dan weer lezend, dan weer sluimerend, en telkens ook de handen vouwend tot stil gebed, brachten wij den tijd door.

Hij wilde er wat tegen inbrengen, maar waarschuwend hief zij den vinger op en sprak met haar mooie, klankvol en welluidend gebleven stem niets anders dan dit ééne woord: "gehoorzaam!" Bij 't vernemen van dit ernstige: "gehoorzaam!" doken tal van schrikwekkende herinneringen voor hem op. Gedwee boog hij 't hoofd en ging met Marianne mee, die hem wel wat hardhandiger aanpakte, dan noodig was.

Ze volgden maar den kronkelenden wegel, want zij verkenden door den smoor de landstreek niet. De boomen groeiden telkens als ineens uit den grond, grijs, en doken dan weer seffens weg. De regen hong lijk fijne pereltjes op Pallieters frak en de grond was verplat in een vettig slijk, dat tot over de knoesel kwam.

De vier blanken bleven zonder bedekking midden in den canon staan; zoodra zij begrepen, dat de Utahs onder het bereik van hun kogels waren, legden zij hun geweren aan, mikten, en gaven vuur. Het gehuil der Utahs bewees, dat de kogels geraakt hadden. Nog vier schoten. En gehuil opnieuw. De Timbabatsjen doken neer, en kropen over den grond voorwaarts, om ook te kunnen schieten.

Zij knielden naast malkanderen aan den rand van het zee-breede water en begonnen hunne orisone te zeggen. Vóór hunne blikken, daar ginds, in de wijde, zilveren nacht, vlogen de zwarte vogelen aan, doken onder, en stegen sneeuwblank, druipelend van de droppen, op, tusschen de sterren.... En Lancelot en Gwinebant baden voor Morgueine en voor Merlijn, dat zij aan het Einde zouden worden gered.

Verder doken groepen eilandjes uit de watervlakte op, in zulk een menigte, dat zij op een groot mierennest geleken. In het westen strekten zich verafgelegene kusten langs den gezichteinder uit; op sommigen vertoonden zich blauwe, zeer regelmatig gevormde bergen; op de andere, meer in de verte, verrees een verbazend hooge kegel, op wiens top zich een vederbos van rook bewoog.

Woord Van De Dag

cnapelinck

Anderen Op Zoek