Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 24 oktober 2025
Zij gaan, evenals de Duitsche Holland-gangers, bij geheele scharen naar naburige rijken of provinciën, om daar als daglooners het gras te maaien of den oogst binnen te halen.
De daglooners uit de stad werden met houweelen en spaden er bij gehaald en versche paarden werden uit de ridderschap, uit Jurusdorf en Klaukow, daarheen gekommandeerd, en steeds regende het, dat niemand een' drogen draad aan het lijf hield. "Vader Voss," zegt de bakker Witt, "wat is dat een regen!" "Mooi weêr voor de late gerst;" zegt de oude Voss, "als iemand ze al gezaaid heeft."
De pribbenowsche boeren en de daglooners uit Jurnsdorp en Kittendorp kwamen met hooivorken en allerlei ander gereedschap en sloten zich aan. "Johan Heinz," zeide mijn oom Herse tot zijn' adjudant, "dit zijn onze ongeregelde troepen.
Op het stroodak lagen wat stukken plaatijzer, waarvan de afloop een watervat moest vullen. Een paar schreden van het woonhuis stond een andere, nog primitiever hut, waar de copra werd gedroogd en waar de paar daglooners sliepen. Aan het strand stond de loods, waar de klare copra bewaard werd, tot ze door de stoomboot werd afgehaald.
De arbeid van deze gansche bevolking daglooners was mijn werk, die wijnranken waren mijne kinderen; dat gansche landschap werd mijn bloeiend en gehoorzaam gezin. Ik vond er behagen in te voelen hoe mijn voeten in dien weelderigen grond wegzonken.
Inderdaad, indien eenige herinneringen aan den geboortegrond zoet mogen heeten, dan zijn het dezulke! en vrouw Hendriksz, opdat wij tot haar terug keeren, vrouw Hendriksz behoorde tot de lievelingsbeeldjes uit het landschap harer jeugd: wat had de freule op haren hit dikwijls voor de woning des daglooners stilgehouden! wat had zij het vrouwtje in weêrspoed of in winter vaak getroost en geholpen met al die gemeenzaamheid, waarin de P t's geen bezwaar zien, wetende, dat niemand vergeten zal, dat hun naam tot de oudste in onze historie behoort!
Boven, op den rand van den hollen weg, stonden allerlei lieden, daglooners, knechts en burgers uit Stavenhagen, die in weerwil van regen en slecht weder, uit nieuwsgierigheid en deelneming achter den stoet medegegaan waren, en tusschen dien troep kroop Frits Sahlmann heen en weêr en vertelde aan dezen en genen, die 't nog niet wist, de geheele toedracht der zaak.
Zoodra de nacht invalt, begeeft het Eekhoorntje, dat een blijvende bewoner is van een oord, zich naar zijn nest en slaapt hier, zoolang het donker is; toch kan het ook gedurende de duisternis zeer goed den weg vinden. Lenz liet eens door twee daglooners een lange ladder in het bosch dragen en tegen een boom plaatsen, waarop zich een nest met jonge Eekhoorntjes bevond.
De heer Ch. had lang achtereen al aan dertig van zulke daglooners werk gegeven, tot eens één van hen in de nabij zijnde rivier viel, hangen bleef tusschen geknikt bamboe en, daar hij niet kon zwemmen, verdronk. Volgens de inlandsche rechtsbegrippen was dat de schuld van den heer Ch., en hij had voor den doode boete moeten betalen, wat hij uit onbekendheid met de volkszeden niet deed.
Sprookjes uit de kinderkamer, waar de kleintjes op lage bankjes zaten om de grijze sprookjesvertelster, of van 't vuur in de hut, waar de knechts en de daglooners zaten te praten, terwijl de damp uit hun natte kleeren sloeg en ze 't mes uit de lederen schede trokken om de boter op hun dikke, zachte sneê brood te smeren; of uit de zalen waar de oude heeren in schommelstoelen zaten en over den ouden tijd spraken bij hun dampende toddy.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek