Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 10 juni 2025


Behalve zijn goeverneur Zuijlestein, zijn schrijver en Raad Wildertz, zijn kamerdienaar Karel Pietersz en de andere bedienden, bekleedt de Heer van Heenvliet bij hem den post van opperstalmeester, Boreel dien van hofmeester, Bromley, een Engelschman, en Buat, die vroeger reeds als page bij zijn doorluchtigen vader Willem II in dienst is geweest, die van edellieden van zijn huis.

"Ik ben verheugd, dat ik een der eersten zal zijn, die de goede tijding verneem," zeide Buat. Op dit oogenblik kwam de Raadpensionaris het vertrek binnen. De prins stond op en ging hem te gemoet. Beiden plaatsten zich tegenover elkander op de stoelen, door Zuijlestein en Buat nedergezet.

"Toch op uw bevel, mijnheer De Witt." "Geenszins. Op bevel van den Raad van State. Henry Fleury de Coulan, heer Van Buat, is een landverrader." "Uwe Edelheid spreke toch zulk een hard oordeel niet uit over den man, door U met een geheime correspondentie met Engeland belast, en die misbruik van uw vertrouwen heeft gemaakt door er eigen correspondentie bij te voegen."

De zaak wordt geheel uit het oogpunt der staatkunde behandeld en de Schepenen, die ter vierschaar zitten, stemmen voor vrijspraak of veroordeeling al naardat zij Staats- of Prinsgezinden zijn. Of ziet de wijze, waarop de zaak tegen den ongelukkigen Buat is behandeld en overtuigt u, of er oogendienaars bij onze voormalige rechters waren.

"Arme Buat," zeide de Prins. "Je hebt je goed van je last gekweten, Pieter," vervolgde hij tot dezen. "Ik heb ook den mijnen volbracht en je aan den Raadpensionaris aanbevolen." "Ik dank Uwe Hoogheid voor Hare goedgunstige bescherming," zeide Pieter. "Waarschijnlijk zul je een aanstelling op de werven van de Admiraliteit van Zeeland erlangen.

Toen hij zag, dat er eenigen van de onzen sneuvelden, riep hij onophoudelijk: "Valt aan, mannen! Valt aan, of gij zult allen samen vermoord worden." Nu sprong de ritmeester Buat, die vroeger page bij Prins Willem II was geweest, met het rapier in de vuist tot zijn middel in het water. "Mannen!" riep hij, "dat gaat u voor! Volgt mij na!"

"Zij bespieden niet alleen de gangen van de personen, die op het Hof van Brandwijk komen, maar weten ook, wie de "Oude Zwaen" bezoeken." "Met uw verlof, Uwe Hoogheid," hernam Boreel. "Onze goede vriend Buat is zelf een trouw bezoeker van genoemde herberg. Zeker heeft hij Heenvliet daar dikwerf ontmoet."

"In het voorjaar werd de Ritmeester door den heer Raadpensionaris aangezocht, om zich te belasten met een geheime correspondentie naar Engeland." "Juist, met Sylvius, met wien Buat reeds correspondeerde. En had die briefwisseling onder het oog van den Raadpensionaris plaats?" "Geheel en al. De Ritmeester schreef, schijnbaar in zijn eigen naam, wat de Raadpensionaris hem voorzeide.

Daarbij kwam, dat men Buat door een boosaardige list van een zijner rechters beroofde, den Raadsheer Van der Graaf, die der Oranjepartij was toegedaan. Op zekeren dag namelijk, dat genoemde Raadsheer van het Hof kwam, verzocht hem iemand, uit naam van Buat, even bij den gevangene te komen.

Het krijgsvolk werd onder aanvoering van den ritmeester Hendrik van Fleury, heer van Buat, te Kartemunde ontscheept. Dat ging echter zoo gemakkelijk niet. Aan de eene zijde stonden twee, en aan de andere zijde drie regimenten Zweedsche ruiters, terwijl de dragonders de stad bewaarden.

Woord Van De Dag

sexualiteit

Anderen Op Zoek