United States or Panama ? Vote for the TOP Country of the Week !


Mijnheer Bley bleef op den drempel staan. Zijn wezen was rood en rond. Hij glimlachte en stak zijn handen uit. Het is gedaan, mijnheer Verlat, sprak hij, ik wensch u geluk met uw zoontje. Mevrouw heeft het erg voor gehad. Zij is nu buiten gevaar. En tot Ko, die al tastend was komen aandrummen: Die heeren alginds moeten verfrischt worden, zorg ervoor, oudje.

Ze had dan opnieuw den droeven glimlach, die heel licht over haar bleekheid kwam, en ze sloot hare oogen. Het werd stil. Men hoorde in de kamer daarnaast mijnheer Bley den wijn schenken en kort-klinken met den roemer. Nadat een sterkere pijn haar overvallen had, voelde Vere dat ze zeer afgemat was en ze vroeg dat de dokter komen zou. Hij kwam en boog over haar en lachte luid om haar te stillen.

Mijnheer Bley snoerde zich een wit schort om de lenden en sloofde zijne mouwen op. 't Was diepe nacht. Bij 't vuur in de eetzaal zaten Verlat en pastoor Doening. Pastoor Doening las halfluide uit zijn gebedenboek vóor en Verlat was thoopegezakt in zijn zetel. Het groote huis was anders doodstil. Ernest schrok ineens en lengde zijn hals uit.

Ernest stortte neer op zijn knieën en dan geheel thoope, en zijn lijf werd in hevig gehijg opgeworpen. Mijnheer du Bessy viel mijnheer Bley aan en schudde hem stevig de beide handen.

Mijnheer Verlat zat in zijne studeerkamer bij 't vuur en keek droomend uit, door 't venster, naar de grauwe winterwolken die, schuins belicht, dezen zwaar-blauwen valavond begeleidden. Mijnheer Bley, de dokter, had verklaard dat mevrouw Verlat binst den nacht bevallen zou en dat zij met veel voorzichtigheid moest behandeld worden. Men hoorde ze af en toe klagen. Ze leed veel.

Mijnheer Bley mocht het huis niet verlaten. Hij deed, naast Vere's kamer, een breede sofa met kussens ophoogen en bestelde, alsof hij in een taveerne zat, een flesch bourgogne en sigaren. De avond viel. Ernest lag in een zetel uitgestrekt en frommelde tusschen zijn vingeren een uitgedoofd sigaretje.

Het is mijn angst .... Ernest, ik ben zoo angstig ik wil niet alleen zijn. Ze viel in nieuwe pijnen. Ze kreunde nu niet meer, ze gilde zonderling, en mijnheer Bley, die was binnengesloft, deed teeken aan Verlat dat de bevalling in haar werk kwam. De vroedvrouw werd uit de keuken naar boven geroepen. Vere kermde: Ernest! .... Hier blijven .... hier blijven ....

De vroedvrouw kwam van wege mijnheer Bley verzoeken, dat er dadelijk zou getelefoneerd worden naar dokter Schoutens, die niet langer achterblijven mocht. Mijnheer du Bessy, die geheel in de war geraakte en met zijne handen vol gedienstigheid stond, gelastte zich met de boodschap. De vroedvrouw zei: Daar is een vloed .... En Ernest Verlat zakte dieper in zijn zetel. Een vloed, was dat erg?