United States or Djibouti ? Vote for the TOP Country of the Week !


"Intusschen," herneemt Bentinck, "het werven van krijgsvolk is een werk van langen nasleep en onzekeren uitslag en dat in ons geval te veel gerucht zou gemaakt hebben; er moest dus een ander middel gevonden worden, om ons doel in dezen te bereiken, en Z. Hoogheid droeg mij de taak op, dat middel te beproeven.

"Hoe?" vraagt Witsen, eenigszins verrast: "in weerwil van zijne verbintenis met Frankrijk?" "Wanneer ik zeg, de Hertog," herneemt Bentinck, glimlachende, "dan meen ik, onder ons gezegd, de Hertogin.

Zijn geslachtsnaam kan ik niet met volle zekerheid mededeelen, maar wèl dat hij van moeder's zijde verwant was aan de Bentincks en meer bepaald aan den tak dier aanzienlijke familie, waartoe Jan Willem Bentinck, den grooten vriend van Koning William, behoorde.

Maar geen mindere belangstelling verdient van onze zijde, al houdt hij zich bescheiden op den achtergrond, de man, die aan Bentinck tot geleide strekt.

"Aan de Heeren, die tot dat einde gecommitteerd werden, en waartoe ik," vervolgt Bentinck, "ook behoorde, ontdekte de Prins zijn toeleg, en nu, terwijl Keulen de dekmantel was, bevorderden zij met hem het verzamelen van krijgsvolk." "Wij hebben zoo iets vermoed," zegt Witsen, zich de kin wrijvende.

De Heer Bentinck heeft zoo pas het land verlaten, waar de wijnstok groeit, en zal ongetwijfeld beteren wijn gedronken hebben dan ik hem kan aanbieden." "Ik ben den Heer Witsen grooten dank schuldig voor zijne heusche ontvangst," zegt Bentinck: "voor 't overige kan ik wat zijn Ed.

En geen wonder: indien Alexander eenmaal van Hephestion zeide: "deze is een tweede Alexander," zoo ziet ook Willem III zijn anderen ik in Hans Willem, Baron Bentinck. En hij doet dit op goede gronden; want geen vorst heeft immer hartelijker blijken van trouw en verknochtheid genoten, dan die Bentinck aan den Prins gegeven heeft.

»Maar wanneer ik zeg, dat uwe onderstellingen ten mijnen opzichte geheel valsch zijn!....." »Wil dat zeggen, dat jonker Allard Bentinck, in alle oprechtheid de hand zoekt te verkrijgen van een meisje zonder vermogen, zonder stand, zonder godsdienst, en......" »Spreek uit!" »Zonder naam!" sprak de ~Stroeve~ met een vloek. »Zonder naam? dat is: zonder een naam, dien de wereld acht en eerbiedigt?

Deze zijne zucht verloochende zich ook thans niet, want, na zich een poosje, evenals de overige leden van zijn gezelschap met het visschen te hebben bezig gehouden, stak Jonker Bentinck, dien ik voortaan bij zijn doopnaam Allard zal noemen, zijne hengelroede in den wal, en trok, gewapend met vlindernet en plantendoos, de achter Alberts-Holtien gelegen veenachtige heide in.

"Ik twijfel er niet aan," mompelt Geelvinck; "of men zal die Duitsche Vorsten steeds bereid vinden, hun onderdanen in te wisselen tegen Hollandsche dukaten." "En wat meer is," vervolgt Bentinck; zich houdende of hij de aanmerking niet gehoord had, "de Hertog van Hanover zal niet aarzelen in elk geval partij voor ons te kiezen."