Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 3 juli 2025
I, bl. 398: »Te Arnhem, te Utrecht, te Gorkum hangt nog aan logementen de Geldersche Blom uit, die vroeger vry algemeen was, als zijnde de Mispelbloem, uit het oude wapen van Gelre, die men nog in de wapens van Lochem en van Deutinchem terug vindt." Dat de geslachtsnaam Roos, Rooze, Rose, enz. in alle gevallen oorspronkelik de naam is van de bekende bloem, wil ik geenszins beweren.
Negen en zeventig jaar had ze rustig, zonder te groote oneffenheden bij Arnhem gewoond. D'r man was dood. Willem leefde. Willem was d'r zoon, die in Atjeh geweest was en nou in Amsterdam in betrekking was. Waarschijnlijk zou Bartje zònder het eenig en zonderlingst avontuur gestorven zijn, wanneer ze niet plotseling op het denkbeeld gekomen was, om Willem te gaan opzoeken.
Het was mooi-Ann, die zich had gewroken. Het was het eerste slachtoffer, dat ze gemaakt had. Er zouden er meerderen volgen. Zoo was er een jong gezel, die naar Arnhem kwam, om een ambacht te leeren. De wereld was nog voor hem als een diep bosch, en hij kende nog slechts den eersten angst en het eerste verlangen, om het leven te kennen.
T. Hoog van Nes, Geëmploijeerde aan het Postkantoor te Rotterd. P. H. Noordendorp, Boekhandelaar te 's Hage. 2 ex. D. T. Notten, voor de Bibl. der Maats. tot Nut van 't Algem. te Echten. A. Nugteren, Particulier te Rotterdam. C. Star Numan, Hoogleeraar in de Regtsgeleerdh. te Groningen. Is. An. Nijhoff, Boekhandelaar te Arnhem. 2 ex. O. B. Oeberius, Notaris te St. Anna-Parochie.
"Ons eigen land". Tusschen Amsterdam en Arnhem, door Jan Feith. Uitgegeven door den Algemeenen Nederlandschen Wielrijdersbond, toeristenbond voor Nederland, ter gelegenheid van zijn vijf-en-twintigjarig bestaan. Hier hebt ge de zomerzon, in woord en beeld vastgelegd ter verheuging van het heele nederlandsche volk!
Evenals Haarlem en Den Haag in Holland, Arnhem, Nijmegen en Apeldoorn in Gelderland centrale punten zijn, waar het vreemdelingenverkeer zich op richt, is Breda dit in het zuiden.
Fabert, mede kopij tot Metz heb gebragt, en eenige dagen tot Metz bij hem gelogeerd, en alzoo een goed afscheid met hem heb genomen; en ben alstoen den Moezel afgevaren naar Trier, en zoo voort naar Coblens, van daar tot Keulen, en den Rhijnstroom afgevaren tot Arnhem en zoo voort naar Holland.
»O!" wordt er gezegd: »ook daar zijn we geen vreemdelingen; wy kennen Arnhem en zijne verrukkelijke omstreken zeer goed!" Maar ge zult toch in waarheid niet meenen, dat ge het oorspronkelijk schoon van Gelderland dáar te zoeken hebt?
"Jij kent grootmama wel, he Emma?" "Ja zeker, die aardige dame met dat prachtige grijze haar, die hier ook was op je verjaardag. Zij is immers uw moeder, niet waar mevrouw?" "Neen, de moeder van mijn man," zei mevrouw d'Ablong. "Ze woont op een buiten in de buurt van Arnhem. Cécile logeert er dolgraag." "O ja, dat wist ik wel, maar ik dacht dat zij uw moeder was.
»Bij deze algemeene bedenkingen komen nog vele bijzondere, ten aanzien der onderscheidene werken bij dit wetsontwerp bedoeld, waarvan ik slechts eenige voorname zal in het midden brengen, en wel vooreerst ten aanzien van den spoorweg of ijzerbaan van Amsterdam naar Arnhem." »Ik sprak enz.", »Ook de bedijking en droogmaking van het Haarlemmer Meer beveelt zich van onderscheidene zijden aan.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek