United States or Croatia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Wanneer gij een chirurgijn meent, dan is er een die wijd en zijd beroemd is en alle verwondingen van menschen en dieren heelt. Hij kent zelfs het inenten tegen de pokken, wat verder niemand kent. Dat is zeer zeker een wonderdokter! Maar nu moeten wij nog afspreken, hoeveel gij verdienen moet. Waarmede, Heer? Met ons naar Taschköj te brengen. Heer, daarvoor wil ik niets hebben!

Onder het dansen behoeft men niet te spreken, zoo nu en dan een kleine opmerking is voldoende. Wordt er een lancier gedanst, dan moet de heer vooraf met drie andere paren afspreken, samen een quadrille te vormen; de heeren en dames eener zelfde quadrille laten zich aan elkaar voorstellen.

Als ik maar een uur met den goudsmid heb gesproken, sta ik u voor zijn toestemming in. Maar voor wij verder gaan, moeten wij eerst iets afspreken. Onderstel, dat u die honderdduizend ducaten krijgt, hoeveel geeft u er mij dan van?" "Twintig duizend," antwoordde ik. "De hemel zij geprezen!" riep hij. "Ik had gedacht, dat uw edelmoedigheid zich tot tien duizend zou bepalen.

Deze moet dan in de herberg blijven bij Osko en Omar. Hen wil ik niet aan eenig gevaar blootstellen. Op dien terugweg zult gij wel eenig teeken van mij vinden. Dat is hetgeen, wat wij vooruit moeten afspreken. Iets naders valt echter niet vast te stellen. Maar nu zullen wij ons gesprek eindigen, want wij hebben rust noodig en zullen trachten ons door den slaap te verkwikken.

Tot wien zullen de ouders zich dan wenden, wanneer zij komen opdagen? tot u, niet waar, en niet, tot mij, dien zij niet kennen. En als gij ze terugvindt? Laten we dan afspreken, dat wanneer die ouders komen, wij de winst samen zullen deelen; dan geef ik u dertig francs. Stel veertig. Neen, voor de weinige diensten, die hij mij bewijzen zal, kan ik u dat niet geven.

"Wij zouden de horizonten der litteratuur voor hem kunnen openen; maar geloof je, dat hij zijn toestemming geven zal?" "Daar ben ik bij voorbaat zeker van." "Dan blijft nog alleen over den dag vast te stellen." "Dat zullen we vanavond in het café verder afspreken."

»Laat ons afspreken, dat wij binnen drie dagen opbreken," hernam Darius. »Want wij hebben nog velerlei zaken voor de afreis in orde te brengen. Bedenk slechts, dat wij in een zoo goed als vijandelijk land komen! Bartja moet, alzoo heb ik de zaak overlegd, zich voor een tapijthandelaar uit Babylon uitgeven. Ik stel zijn broeder voor, en Zopyrus is een koopman in sardisch rood ."