Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 23 juni 2025


In de gleuven der jaloezieën was de rijke warmte der tuinkleuren neêrgedrukt door de schuine latten. Van boven door de jaloeziën snelden alleen nog enkele zonnestralen in de kamer neêr, die op de meubels lichtend vlekten. De stilte was van een vergulde bleekheid, als van door matglas verdoofd gloeiend goud, waar in aarzelingen van teeder blauwe, geel-rose, blank-grijze tinten zwierven.

"Bepaald en vast besloten ... om alles te wagen, ten einde alles te winnen!" ging Silas Toronthal, wiens aarzelingen als nachtschimmen verdwenen, zoodra zijn voet de eerste trede van de trap van het bordes, dat tot de speelzalen toegang verleende, aangeraakt had, koortsachtig voort: "Ik zal het noodlot tarten! Ik zal de fortuin dwingen!"

Hij heeft de aarzelingen gekend wier afwezigheid een stuk als De Vader van Augusta de Wit in de gelegenheid stelde zoo sterk-eerlijk te zijn, zoo volledig te slagen.

Hoe die bekeering zich langzamerhand onder den invloed van een jong kapelaan voltrekt en het juist en ten slotte de zonde van dien kapelaan is hij wordt er door den pastoor op betrapt, dat hij een meisje omhelst die de aarzelingen van den ouden priester overwint en hem, die zijn ontslag reeds wilde vragen, aan zijn ambt teruggeeft, het wordt door Raëskin met zuiver psychologisch inzicht, met volkomen ontstentenis van alle mooidoenerij en in een zeer fijngevoelig beeldende taal weergegeven.

Wij waren door het huis den tuin ingegaan; het was er reeds schemerdonker. Ik werd aangegrepen door een moed, die veel op overmoed geleek; ik wilde op eens aan alle mijne aarzelingen een eind maken.

Niet waar, tante? Ze glimlachte droeve. Ze wist wel dat hij goed was en deugdelijk maar ginder hooge spookte de vervaarlijke gramschap van Ons-lieven-Heerken. Met vreesachtige aarzelingen zei ze 't hem. Mag ik het u zeggen? Hij kuste haar op haar voorhoofd, en ze zei 't hem, al weenend.

Zijn woorden komen traag; daarentegen houdt hij, ondanks afdwalingen, aarzelingen en een zekere verstrooidheid, steeds den draad van zijn verhaal vast, zoodat ons gesprek rustig verloopt. Hij werkt ook zoo langzaam, vertelde hij mij. Men voelt terstond hoe iedere gedachte bij hem een panorama van andere gedachten wekt.

Na eenige aarzelingen, begint er inderdaad, en wel uit de goede richting, een fiksche bries te waaien; de roeispanen worden naar binnen gehaald, en de twee zeilen der sloep geheschen. Er zijn in het geheel een dozijn menschen aan boord, waaronder eenige vrouwen en kinderen. Allen zijn even opgewekt en vroolijk; sommigen rooken of zingen, om den tijd te verdrijven; anderen houden hunne siësta.

Woord Van De Dag

schapenhoedster

Anderen Op Zoek