Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 24 mei 2025


"Och jij arme kleine Abby, wat moet er van je worden." Hierdoor nog meer verward, bleef Abraham in één spanning. Op school werd hij behandeld als een gevaarlijk misdadiger, dien men toch door een zachte behandeling wilde probeeren te redden. Zelfs Aalbom was zoo vriendelijk dat Abraham er van rilde. Eerst prezen zijn kamaraden hem en voorspelden hem de vreeselijkste straffen.

't Was niet gunstig voor Marius, dat de rector in de twee lagere klassen Latijnsche les gegeven had; want nu wilde Aalbom nooit toegeven, dat de rector den kleinen Gottwald zoo heel ver had gebracht; maar aan den anderen kant was hij bang, dat de rector zou willen beweren, dat zijn lieveling achteruit was gegaan, sinds hij bij Aalbom in de klasse gekomen was.

Toen ze eindelijk de heele historie van Marius en Aalbom van Abraham zelf hoorde, hij vertelde 't met neergeslagen oogen en was nog heelemaal onder den indruk van wat hij gehoord had, toen nam de moeder hem in haar armen en riep: "Neen maar... lieve Hemel! hebben ze daarom op je geknord? moest je dan blijven zitten en 't aanzien hoe je beste vriend gepijnigd werd? 't was flink van je, Abraham!"

Marius spande zich in en kwam er goed af; maar daarna was hij ook zoo uitgeput, dat hij bijna sliep. 't Uur ging voorbij met knorren en rumoer en toen was er nog maar één over. Het laatste uur werd voor een Latijnsche thema gebruikt. Aalbom gaf hun een van de stukken in het boek van Henrichsen op en ging op den kruk in den katheder zitten, om zijn beenen te laten bengelen en in de lucht te kijken.

Want dit was duidelijk, dat zulk een wanorde alleen ontstaan kon, doordat de surveilleerende leeraar zijn plicht verzuimde. En wat was het voor den leeraar Borring niet een genot en een vreugd den rector te kunnen melden, dat Mijnheer Aalbom surveillance had en, voor zoover hij wist, naar het Athenaeum gegaan was om de courant te lezen.

Als dan daarna Borring in de klasse kwam en riep: "Neen maar, groote hemel! wie heeft mijn pennen vernield?" dan klonk het antwoord vast en eenstemmig uit de heele klasse: "Meneer Aalbom!" Want het was bekend, dat de Heeren Borring en Aalbom elkander haatten met een innigen haat.

Hij trad wat naderbij en zei met zijn mooie, zuivere manier van spreken, en met een kalmte, die de anderen, en vooral Aalbom zeer irriteerde.

Abraham Lövdahl, ben je stapelgek geworden, jongen," riep de rector. Nooit in heel zijn pedagogische werkzaamheid was hij zóó verschrikt geworden. Zelfs Aalbom stond als versteend en vergat bijna kleine Marius, die daar op den grond lag zonder zich te bewegen. Maar Morten de achterblijver trok met tegenwoordigheid van geest de bank van de tafel weg en lichtte Marius op.

Michal Mordtmann wist heelemaal niet wat hij antwoorden moest; en toen wat verder in de straat de onderdirecteur Aalbom hem neuriënd voorbij liep, zonder hem te willen zien, begreep hij dat veel beter.

"Neen, neen, Gottwald! je verspreekt je," zei Aalbom poeslief; want Marius maakte de eene fout na de andere, maar hij durfde niet in scheldwoorden uit te barsten om den rector; " denk nu eens na, mijn jongen watte? 'falls, fefelli' zeg je; dat is heel goed; maar nu de supinum de supinum, mijn beste jongen."

Woord Van De Dag

wanordelijkheden

Anderen Op Zoek