United States or Iran ? Vote for the TOP Country of the Week !


De mond schreeuwt, het zand vult hem; stilte! De oogen zien nog, het zand sluit ze; nacht. Dan zinkt het voorhoofd, een weinig haar beeft nog boven het zand; een hand komt uit het zand, beweegt zich en verdwijnt. 't Is de akelige verdwijning van een mensch. Soms verzinkt een ruiter met zijn paard; soms een voerman met zijn kar; alles zinkt onder het zand.

Dan denk ik, hoe 'k den dood graag zoude wachten Gelijk een herfstdraad die in 't goud-licht beeft En henenzweeft in de eerste koude nachten waarin alleen één zilvren stemklank leeft: De stem, die in de hooge eenzaamheden Zingt en weerklinkt en zingend meet den Tijd En aan den hemel aarde's Schijn doet hooren,

In waarheid, hier in den kring der natuurlijke banden van liefde en vriendschap, openbaart zich aan alle plaatsen en onder alle volkeren de eenheid van het menschelijk hart. Wat is de verscheidenheid der talen tegenover deze eene algemeene spraak, die zich verstaanbaar maakt door een blik, door den traan, die aan de wimpers beeft, door de zachte trilling der zielvolle stem?

Hy-zelf ontzet niet, maar de heirbijl in zijn hand Houwt d'arm die hem bedreigt met eenen slag in 't zand, En klooft de breede borst aan drie paar forsche reuzen, Wier hand de boom ontvalt waarmeê zy hersens kneuzen. Choch nadert, alles beeft. Een pijl doorboort zijn strot.

Hij gemoet hen, schoone rijdsters in den vroegsten morgen, eer de zon nog op is in het nauwe dal. Hij helpt hen over de beek, zij lachen met hem, zij schertsen, zij vragen hem mee. Achter de eene stijgt hij te paard, zijn armen omvatten haar leest, hij beeft van verrukking.

Het toortslicht gelijkt de wijsheid der bloodaards; het verlicht slechts, wijl het beeft." De dageraad wekt de geesten, evenals de vogelen; allen spraken. Joly, een kat in een dakgoot ziende zwerven, trok hieruit de volgende wijsbegeerte: "Wat is de kat?" sprak hij. "'t Is een middel van herstel. Toen de goede God de muis had geschapen, zeide hij: "Zie, ik heb een domheid gedaan.

En toen hij des nachts naar den Koningsburg terug keerde, vond hij de sneeuw rood van 't bloed van zijn hooge gemalin, en de vorstelijke kindren waren weggevoerd naar de vlakte, om daar als dienaren en vrienden der menschen op te groeien. Ja, nu beeft de grond, en de sneeuw trilt, die 't dak bedekt, nu breekt hij los, de groote beer, de oude vijand der kavaliers.

Alle de ridders en de baroenen schrikten hevig. Maar de Koning riep: Wiganten gij en baroenen! Mijn arm is oud en beeft maar mijn oude kop is nog harde abel! En ik zal uwe prouaetse leiden en ik zal uw heir ordineeren, om mijn vriend, Koning Assentijn van Logres, in zijn burcht van Camelot te ontzetten.

Ik hoop het, zoete heer Jezus, want ik heb gebiecht, antwoordde keizer Karel. En gij, Klaas? vroeg Christus; gij beeft niet lijk die keizer. Heer Jezus, antwoordde Klaas, geenerlei ziele is teenemaal zuiver, doch ik heb geen angst voor U, die het opperste goed en de opperste rechtveerdigheid zijt; maar ik vrees voor mijne zonden, die groot in getal waren.

"Maak 'em open menheer!" Openmaken! Nee waarachtig niet! Althans hij heeft geen idee gehad om er iets uit te nemen. "Maak de deur dan eens open menheer!" "De deur! Ahzoo. Jaja! Dadelijk hoorje." Nee, dien brief met waarde in den ketel te stoppen, dat ging niet. In 't bed! onder de matras, tot nader order. Goeje hemel, hij beeft over al zijn leden.