United States or Dominica ? Vote for the TOP Country of the Week !


De oorsprong van alle bestaan; de bron van alle leven door het zonnestofje mensch, onder vele namen ook GOD geheeten; dat hoogste waarnaar de wijsheid vorschte sinds 's werelds bestaan, Flanor zal het alvast eenvoudig geen hoofdletter waardig keuren! Maar neen, de kerel meent het niet, hij heeft er te veel hart en verstand voor.

Dat ergerde André een beetje, die zei, dat 't meer geluk dan wijsheid was. "Ja, dat heb ik altijd gehad," zei Bernard bedaard, starend in zijn steenen, "dubbele zes!.... dubbele vijf!...." Even over vijven kwam Sam 't café binnen.

Voorts zijn leven als advocaat te Kongsvinger, waar hij levendig deel heeft genomen aan het gezelschapsleven, en aan het einde daarvan een groote handelscrisis, waarbij hij betrokken is geweest, en waarin hij de angsten heeft leeren kennen, die aan een faillissement voorafgaan. Lie toonde als knaap weinig ijver, om zich de wijsheid der school eigen te maken.

Door u hoorden wij in de laatste dagen veel moois uit den volksmond. Het verzamelen van sprookjes brengt ons in aanraking met velerlei menschen, en 't is voor ons zoo'n groot genot om hunne gedachten te hooren. In eenvoudige, maar o zoo gracieuse taal worden de mooiste gedachten gezegd, die ontroeren door de treffende waarheid en wijsheid er in.

"Woorden van wijsheid," mompelt de zwarte. "Als je ons daarvoor de zeven bergwerken geeft voor een jaar, dan nemen wij ze aan; maar onthoudt dit goed: als we in dien tijd iets doen, dat niet kavaliersachtig is, als we iets doen, dat wijs of nuttig of oudewijfachtig is, dan kun je ons alle twaalf krijgen, als 't jaar voorbij is en de bergwerken geven aan wie je wilt."

Het zijn Dante's eigen zonden, werkelijke of in-aanleg, die hij er verdoemt en straft, het is zijn eigen zieleloutering die hij er verhaalt, het is zijn zelfgewonnen wijsheid die zijn verzen doorlicht.

Al kunnen wij God niet volnoemen noch volspreken, toch kunnen wij als zijne voorname eigenschappen onderscheiden: almacht, wijsheid en liefde, overeenkomend met Vader, Zoon en H. Geest. Tegenover de eeuwige schepping: het ideëel vóórbestaan der dingen in God, staat de schepping in den tijd, die eene vrijwillige daad van Gods liefde is.

Het is uit het boek van Job of uit het »boek der wijsheid" van Salomo, dat de troubadours het beeld hebben van het goud dat in het vuur gelouterd wordt. Zij voelen zich als de martelaars der liefde, genieten van hun ontbering en hun tegenspoeden en rekenen zich dit als een verdienste aan; met Bernard de Ventadour zeggen ze: »Weinig heeft hij lief die zich niet aan zwaarmoedigheid overgeeft.

Een weinig stof, door een organisme verbonden. Wat heb ik op deze aarde te doen? Ik kan kiezen: lijden of genieten. Waartoe zal mij het lijden voeren? tot het niet. Maar ik zal geleden hebben. Waartoe zal mij het genot voeren? tot het niet. Maar ik zal genoten hebben. Mijn keus is gedaan. Men moet eten of gegeten worden. Ik eet. 't Is beter tand dan gras te zijn. Dit is mijn wijsheid.

De Christelijke godsdienst vertoont een zekere verwantschap met de Zotheid. En om mij niet verder in te laten met eindelooze bijzonderheden en mijn gevoelen kort en goed uit te spreken, het komt mij voor, dat de Christelijke godsdienst in het algemeen een soort van verwantschap heeft met een zekere dwaasheid en volstrekt niets met de wijsheid heeft te maken.