United States or Cabo Verde ? Vote for the TOP Country of the Week !


Die zich louteren in de loutere wateren, zeide Gwinebant en bekruiste zich als Lancelot had gedaan. Wij zijn op de heilige Landouwen gedoold, zeide Lancelot en hij schouwde om zich rond. Dit is niet Logres meer. En zelfs niet meer Wonderland van ouden Mirakele! En noch tooverland van Morgueine en van Merlijn.... Zullen zij gered worden voor Paradijs, o Lancelot? vroeg Gwinebant huiverig.

Het was eigenlijk alles Wonder, Land van Logres en alle de andere koninkrijken van oude koningen daar om heen, waar over tooverstaf voerde Koning Mirakel of Merlijn en Morgueine of wie er nog verder in stilte heerschte over elementen in aarde, lucht, water, vuur: over gnomen en sylfen, nixen en salamanders.

Alle de ridders en de baroenen schrikten hevig. Maar de Koning riep: Wiganten gij en baroenen! Mijn arm is oud en beeft maar mijn oude kop is nog harde abel! En ik zal uwe prouaetse leiden en ik zal uw heir ordineeren, om mijn vriend, Koning Assentijn van Logres, in zijn burcht van Camelot te ontzetten.

En Bohort zeide het toen... Dat de Koninginne, om Logres' wille, om harer krone wille, een nieuwen gemaal moest kiezen... onder hen allen van Tafel-Ronde... En Bohort zeide het zeer goed, als of hij geen oogenblik dacht aan Lancelot en alle de anderen hielden zich ook heel goed, als of zij geen oogenblik dachten aan Lancelot.

En nu het vreemde Land van Logres, met zijn bosschen en burchten, opgerezen is aan den horizon, nu zien wij ook duidelijker zich uit de ijlere nevels los maken den Burcht van Camelot, waar Koning Artur in vredestijden verblijf houdt: zoo er al geene steden zijn in het Land van Logres, de Burcht van Camelot is bijna zoo groot als een stad: er heffen zich zware muren om heen; tusschen iedere twee muren is gegraven een diepe gracht en menigertiere toren steekt spiedende over de vlakte, die den burcht omringt, uit den trans der tinnen, zoo mooi romantisch en zoo mooi Romaansch vierkantend als tanden tegen de vreemde reclame-plaatlucht, die is donkerblauw met vuurroode schemering, misschien van zonsopgang, misschien van zonsondergang, misschien wel van vuuradem der draken.

Ja... ja, zeker... Volgeerne zal ik u morgen mijn tooverwagen zenden, die van zelve gaat, zonder peerdegespan en gij zult zekerlijk er meerder jolijt mede drijven op de gladde wegen, die uw slot omgeven aan den zoom van de zee, dan ik, die midden in deze foreesten van Logres toch geen nut van mijn schoonen wagen heb!

Het was zelfs toèn een vreemd land, want er waren geen steden gesticht en dorpen gebouwd: er waren niets dan bosschen en ridderburchten; er woonde dus eigenlijk geen volk; ja, er bestònd eigenlijk geen volk van Logres: er bestonden alleen ridders om hun Koning Artur heen en die ridders hadden schildknapen en garsoenen; er bestonden daarbij ook nog toovenaars, en de ridders en de toovenaars bewoonden de burchten en in de bosschen scholen draken en monsters maar de eene of andere jonkvrouw, op een witten palafroet, reed die bosschen dikwijls door, geheel eenzaam, en werd dan betooverd door een toovenaar of bijna verslonden door den draak maar daarna steeds gered van die booze noodlottigheden door den dappersten dezer dappere ridders, die dit elk op zijn beurt wel was.

De vrucht van die overspelige liefde is ARTUR, die koning van Logres wordt maar jaren lang strijd moet voeren tegen de weerbarstige baronnen in zijn land. Daarmede eindigt MAERLANT'S bewerking, die later door LODEWIJK VAN VELTHEM zal worden voortgezet . Noch in de Historie van den Grale, noch in Merlijns boeck vind ik plaatsen die ons de persoonlijkheid van den vertaler doen kennen.

Er zijn bv. geheimen die Jesus Josef van Arimathea in het oor gefluisterd heeft en die niet bekend gemaakt mogen worden, of duistere voorspellingen die niet verwezenlikt zullen worden voor »de dag komt, waarop de ridder met twee zwaarden de droevige slag zal slaan waardoor alle wonderen van de Graal zich voor het koninkrijk van Logres zullen openbaren en alle die ellende op Groot-Brittanië zal vallen". Of we horen van mysterieën die men aan profane oren niet durft toevertrouwen, maar die »opgeschreven gevonden kunnen worden in het boek der klerken, waarin alles opgetekend staat over de grote heimelikheid die »de Graal" heet."

En de groote, ronde zaal is verlucht ende rijk gepinghiert met tal van tafereelen van wandschildering en die tafereelen bedieden de tallooze heldendaden, die de Ridders van Tafel-Ronde, niet langer dan tien jaren geleden, volbrachten ter eere van hun Koning, Artur, die heerscht over het Land van Logres.