Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 27 mei 2025
Ik stapte dus voort over de waggelende zode, nu en dan terugtredende, om mijne voeten op vasteren bodem te zetten. Wonderlijke streek! Geen gerucht, geen klank, geen leven. Zelfs het loover aan kruid en boomen hing hier stil en doodsch, als had er de wind geenen adem.... Ha, ik ben gered!
Onder de zode graaft zij lange gangen, die naar een op geringe diepte gelegen, groot, rond nest van 30 cM. middellijn leiden, dat met eenige zeer ruime voorraadkamers in gemeenschap staat. Het nest, waarin de Muis slaapt en hare jongen groot brengt, is met verscheidene plantaardige stoffen zacht bekleed; de voorraadkamers echter vult zij met allerlei wortels aan.
Een altaar van zode was aldaar opgericht, de grote Standaard van Sint-Joris, beschermer der krijgers, ontvouwde de ridder met de draak boven het hoofd van de Priester, die in volle plechtgewaad op de trappen van het altaar bezig was met gebeden voor de goede uitslag des gevechts te storten.
Dan eerst heeft men met dat doode lichaam gedaan. Maar neen! wellicht schrijven achting of liefde een kort woord op uwe zerk, of planten zij eene vriendelijke bloem op uwe zode, en komen van tijd tot tijd weder, om te zien waar men u gelegd heeft en uwer te gedenken op de plaats, waar gij niet zijt, doch waar datgene rust wat men het langst van u behield; waar de menschelijkheid van u afscheid nam.
Ik zie den donkren nacht genaken, Dat gij uw oog voor eeuwig houdt geloken, Dan sluimert gij, maar kunt niet meer ontwaken: Dan zal de zode, die gij dekt, ú dekken, Dan zal geen zonnestraal uw lippen strooken, Geen lied van ’t woud u uit dien sluimer wekken.
De vorst van vele winters had ze gescheiden, sommige meer, andere minder, en nu vertoonde zich een lint van groen gras tusschen verscheiden steenen. K'dunk ontdekte op de een of andere manier, dat, waar het lint het breedst was, de dunne zode een holte er onder bedekte, en hier toog zij aan 't werk, tot het gras meegaf en zij een ruim hol binnentuimelde onder een van de platte steenen.
Geen oog dat ons ziet, en geen tong die ons wondt; De waereld verdwijnt, en 't wordt hemel in 't rond! Kom, ga dan meê, Liefste, over zee! Volg, waar ge wilt, mij naar heuvel en dal! Wissle de wind, Hij die bemint, Kent geen saizoenen en mint overal! O fluister zijn naam niet! Hij rust' bij 't gebeent' In schaduw der eenzame zode!
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek