Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 17 juni 2025


» Het =nieuwe= geloof", sloeg zij door: »het geloof in den mensch en in zijne zelfgenoegzaamheid. Zie! hier is mijn symbool: de slang die haren staart opeet, zinnebeeld van de godheid Materia in hare eindeloozen kringloop. Hoor! ginds klinkt mijn psalmtoon: de stoomfluit eener locomotief. Lees! dit is mijn evangelie: =Kennis is macht. Genieten is plicht. Zelfverloochening is krankzinnigheid.

Daarom ook zou eene ontmoeting met hem een wezenlijk fortuintje zijn geweest voor eenen schilder, die toevallig zoekende was naar eenen model-kop voor een beeld der nooit weifelende zelfgenoegzaamheid. De heer Pieter van Meppen had zich eene lijfspreuk verkoren, die de leidende gedachte bij zijne methode van onderwijs als formuleerde: »het boompje dient =jong= gebogen."

Dit nu zal niemand vreemd voorkomen die de moeielykheid van zelfkennis heeft ingezien, maar zóó meende de hoogschalke Stoffel 't niet. De zaak zat dieper. Juffrouw Laps antwoordde het eerst, en riep met verwaande zelfgenoegzaamheid: Ik ben juffrouw Laps! Mis... mis... glad mis! Wel heerem'ntyd, ben ik juffrouw Laps niet?

Hondschen, aldus genoemd om hunne primitieve levenswijze, die vaak ook met goede zeden in botsing kwam, verstompten zich door hun hoofddogma van de zelfgenoegzaamheid der deugd den blik voor de fijnere verschijnselen van het zieleleven.

Die Mullah was vreeselijk lang van stof, maar zijn er onder ons ook niet een menigte vervelende kerels? Komt het niet in alle werelddeelen voor, dat iemand door zelfgenoegzaamheid en verwaandheid een schrik voor zijn omgeving wordt? Ik geloof, dat een groot gedeelte der menschheid zijne medemenschen slechts nabootst, en dat men maar zelden een sterke persoonlijkheid aantreft.

De vrouwen, meisjes en jongens verspreidden zich ver langs den oever. De krijgslieden hielden halt aan de onderste smalle zijde, want daar zou de kampstrijd beginnen. Aller oogen waren op de twee hoofdpersonen gevestigd. De Roode Visch keek trots en vol zelfgenoegzaamheid over het water als iemand, die volkomen zeker is van zijn zaak.

Hij was thuis geraakt in dat groene wereldje achter rasters, waar een mollige rust hing van voornaamheid en zelfgenoegzaamheid.

Zeer sterk en zeer slim!.... Waarachtig, dat denkbeeld zou niet bij mij opgekomen zijn!" Cyprianus had evenwel geen oogenblik geaarzeld om Friedel ridderlijk te waarschuwen en hem openhartig mede te deelen, wat hij omtrent de paarden in dit land vernomen had; maar hij stootte zich gevoelig tegen eene grenzelooze zelfgenoegzaamheid en stijfhoofdigheid.

Het is treffend, dat wij bij deze eerste vlucht omhoog, die de nieuwe Noorsche litteratuur maakt, een tegenstelling ontmoeten, die wel in den hierboven beschreven toestand haar oorsprong heeft, maar die toch onder wisselenden vorm ook later tot uitdrukking komt, een tegenstelling tusschen tevredenheid met hetgeen verkregen is, en ontevredenheid met hetgeen men mist, tusschen nationale zelfgenoegzaamheid en verlangen naar internationale gemeenschap, tusschen democratische volheid van gemoed en aristocratische fijnheid van geest, tusschen een jubelend optimisme en een religieus getint pessimisme, tusschen een gedragen worden door den algemeenen stroom en een verzet tegen den tijdgeest, gepaard met den moed, om alleen te staan.

Door de steenen gevoelloosheid van deze lieden getroffen, snelt Tolstoi naar den muzikant en noodigt hem uit in het hôtel eene flesch wijn te komen drinken. Zijne tartende houding gaf aanstoot, maar dat wil hij juist; hij wil de zelfgenoegzaamheid der rijken kwetsen, wil zijn misnoegen over hunne gevoelloosheid laten blijken.

Woord Van De Dag

verheerlijking

Anderen Op Zoek