Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 28 mei 2025


Het was de heiligste tijd van het jaar. Dromsgewijze joelden en raasden de geesten door het luchtruim, door hun befaamden voorrijder aangevoerd; lotsvoorspelling, droomverklaring en tooverij vierden hoogtij; heel de geestenwereld: heksen, weerwolven, elfen, dwergen, waren los; men dronk de minne, d.i. de gedachtenis der afgestorvenen; men stelde de geesten onder allerlei vermommingen voor, die thans nog in min of meer gekerstenden vorm voortbestaan.

Plotseling zagen zij een vreemdsoortig wezen het wachthuis binnendringen, en vol angst sloegen zij op de vlucht voor een aap, zooals naderhand bleek. Diest: Mostaardschijters; zie Ons Volksleven IX, bl. 102. Dormaal: Weerwolven en Vuurmannen. Elsene: Hondenknagers; deze spotnaam dagteekent wellicht uit tijden van hongersnood. Esschene: Patattenboeren. Gooik: Telloorlekkers.

Want het verhaal der ouden verbaast de menschen zeer, Dat Sigmund zoo was geschapen onder alle vorsten op aard. Dat hij adders kon hanteeren en wat andren sterven baart, En drinken vergif zonder letsel, maar zoo was Sinfiotli's bouw, Dat een beet van kruipende dieren in 't geheel hem niet deren zou. De weerwolven.

Dicht bij hen hingen twee wolfshuiden, die onmiddellijk aangaven dat de vreemdelingen weerwolven waren, wien een wreede betoovering hun natuurlijke gedaante ontzegde, tenzij voor korten tijd. Door nieuwsgierigheid gedreven trokken Sigmund en Sinfiotli de wolfshuiden aan, en zij zwierven weldra, als wolven vermomd, door het woud, vermoordend en verslindend alles wat hun in den weg kwam.

Deze geheimzinnige wezens, die hunne slachtoffers vele nachten achtereen vervolgen en plagen, noemen de Vuurlanders oualapatou: zij hebben, veel overeenkomst met de ook bij ons niet onbekende weerwolven. In ieder geval blijkt uit dit bijgeloof, dat ook bij deze wilden het besef van het bovennatuurlijke, hoe ruw en onontwikkeld ook, niet ontbreekt.

"O! slechte man," fluisterde ze, "iedereen weet, dat weerwolf bij je is geweest." "Praatjes." "Jan heeft 't mij gezegd." Hij haalde zijn schouders op. Toen sprak ze dreigend: "Jan is niet bang voor tien weerwolven, en hij zal me helpen. Want 't is uit slechtheid, dat je bij me komt...." Eerst toen schrikte de boer wakker uit zijn mijmering.

Anderen Op Zoek