United States or Mayotte ? Vote for the TOP Country of the Week !


En het vlammetje oproepend zijn knuist uit den nacht der mouw, brandde roetlicht neêr in een cirkelkring van stervend rood: een heraldiek teeken, de lichtschim van een kruisvaardersschild, zoo schoof het naast den duister-witten man. Spraakloos gingen ze in het lawaai geworden leven van de voeten; de blinde muren schroeiden op uit een gerikketik van vuil en onkruid, schijn vlottend naar schijn.

Hij wilde opstaan, maar of het voor iets onnoodigs geweest was, zakte hij opnieuw in zijn werkhouding. En Johan streek zich met de hand over de oogen om de verbijstering te ontgaan. Want de kamer een oogenblik vlottend, was bij het opstaan van Vogel hem verschenen gezonken. Stoffigheid hing voor de dingen, stoffig trok de dag achteruit door de lichtscheur in den muur. De avond bedroop den hemel.

Terwijl hij eenige klaarte in zijnen geest poogde op te roepen en zijne krachten tot het vervullen der pijnlijke taak verzamelde, was de treurige stoet dwars door de menigte in de Hoogstraat geraakt. Eeeds zag men in de verte den toren van sher Wulfs Steen, toen voor het hoofd van den stoet de volksschaar eensklaps vlottend bewoog, als week zij terug voor eenen onverwachten drang.

Het licht ging vlottend meê langs het pad, een regelmatig gestraald, dof, rood licht, een in vieren gedeelde lichtkring, door de lange uitwaaierende schaduwen die de roedjes der lantaren wierpen in den wijd wegdoezenden rossen cirkel. Ze gingen den stal voorbij.

De stoomboot, zeide ik tot mij-zelven, en ik nam een plaats van Rotterdam tot Nijmegen, zal alles verbeteren en overtreffen; zij zal mij met de middelen van vervoer en met het reizen en trekken verzoenen; de snelle, de ruime, de gemakkelijke, de sierlijke, de gezellige, de rijke stoomboot! Is zij niet een vlottend eiland van genoeglijkheden, een betooverd stroompaleis, een hemel te water?

Voor den dienst op de Sint John en voor de Floridasche steden waren zulke paleizen niet noodig. Neen, de Shannon was slechts een vlottend hôtel, hoewel zij zoowel door hare innerlijke inrichting als door haar uiterlijk de meeste overeenkomst had met de Kentucky's en met de Dean Richmonds. Het weer was prachtig.

We babbelen daar wat over een wereld, die vlottend en broos is als van geblazen zeepwater en voelen niet, dat ons hongerend ik daar vloekt met zijn veel, veel, en er wel sterven zal.... Welk ander wijst mij mijn wondervol zelf, mijn zelf, waar ik in rondleef als in een roes van raadsels, dat ik liefheb en alleen begeer; och, ook nog in de dagen toen ik me zelven martelde en kwelde, adoreerde het toch zijn hoongod in 't carnavalspak zoo zeer.

De Koning kent den aart van 't bruischend driftvermogen: Hy vreest den geest des volks, als vlottend zand bewogen, Dat, naar de wind zich wendt, dan her- dan derwaart drijft, En weemlende in zijn ko'*k geen zeekren kring beschrijft. Hy zucht. "Mijn vrienden, neen! Men rust' de moede leden, En spaar zich voor het heil der wareld, tot de dag Verkoele, en 't bloed verfrisch', nog kokend van den slag.

Ja.... de brief had gelijk.... reizen dat was wel een heerlijk ding, vlottend te zijn in de vlottende werelddingen, gaan, maar gaan met je oogen vol droomen. Telkens had hij er weêr in moeten lezen, lezen nog eens zulke in lang niet gehoorde woorden, vriendelijk en bekend, van ziel schijnende op ziel, bedwelmend als zoete zelf-vleierijen.

Dan dwaalt het menschelijk verstand zonder licht of leiddraad in de onzichtbare wereld der geesten; de verbeelding, dus vlottend op de donkere zee der bovennatuurlijke dingen, kan noch kust noch haven vinden om te rusten.