United States or Bhutan ? Vote for the TOP Country of the Week !


Dat was ontwijfelbaar, en die bijzonderheid werd ten volle bevestigd door een passagier van de Shannon, die van Sint-Augustijn terugkeerende, dien dag aan de pier van de kleine havenkom van Camdless-Bay ontscheept was. Meer was er niet noodig om James Burbank er toe aan te zetten, dat spoor te volgen.

Weldra verscheen de Shannon bij de ombuiging van een hoek op den rechter-rivieroever, op een afstand van een halve mijl van Picolata. Dikke stoomwolken ontsnapten uit hare beide schoorsteenen en dwarrelden door de kruinen van het zware geboomte, die door den sterken wind heftig heen en weer geschud werden. De naderende romp der boot werd voor het oog al grooter en grooter.

»Wanneer de kapitein naar dien onbeschoften James Burbank geluisterd had," viel een derde in, »dan zou de Shannon zich nu reeds op een kwart mijl beneden Picolata bevinden!" »Nogmaals, dat zou jammer zijn," antwoordde de nieuw aangekomene. Texar had zich, vergezeld van zijne vrienden, naar het voorschip begeven.

Een uur later stevende de Shannon onder den aandrang der eb, die al sneller en sneller doorstond, het kleine gehucht Manderijn, hetwelk op een kleinen steeds groenen heuvel gelegen was, voorbij. Ongeveer vijf of zes mijlen lager hield het stoomschip bij den rechter-oever der rivier stil.

»In ieder geval," zei master Walter Stannard, »wanneer dezen nacht eene misdaad in de omstreken van Jacksonville bedreven wordt, dan zal men hem niet kunnen beschuldigen, niet waar? daar hij de Shannon verlaten heeft!"

Tot nu toe werd daarvan evenwel niets bespeurd. Men had zelfs geen zwervers, anders zoo talrijk in die streken, aan den rivierkant, of op de Sint John zelve ontwaard. De Shannon, die tegen tien uren de rivier opstoomde, legde zelfs aan de pier van de kleine havenkom der plantage niet aan en vervolgde haren koers naar Picolata.

Bij zoo'n staat van zaken, moest men dan ook uiterst bekend met het vaarwater van die donkere kreek zijn, om er zich bij het vallen van den nacht, die in deze gewesten zeer spoedig intreedt, met eene sloep in te wagen. Op het eerste schrille gefluit van de Shannon was dadelijk een kreet, die tot drie malen toe herhaald werd, tot antwoord gegeven.

Texar en zijne tochtgenooten stonden een uur later, nadat zij meer dan voldoende hunnen dorst gelescht hadden, van hunne zitplaatsen op, om zich naar het bovendek der Shannon te begeven. Men was reeds de Trent-kreek en de Zes-Mijlen-kreek voorbijgestoomd.

Twee of drie mannen verlieten dan ook de groep, om tot op een punt van de kade van Picolata te gaan, vanwaar men den weg naar Sint-Augustijn overzien kon. Vandaar keken zij, blijkbaar in de meest ongeduldige stemming, oostwaarts op. En dat ongeduld had zijne oorzaak; want de gezagvoerder van de Shannon, die reeds op de brug tusschen de beide raderkasten stond, riep: »Aan boord!... Aan boord!..."

Toch temperde een zachte bries, welke de zeewind van den Atlantischen Oceaan toevoerde, dat klimaat eenigermate en belette, dat het er onverdragelijk heet werd. Het meerendeel der passagiers van de Shannon was dan ook op het dek gebleven, om, tegelijk met de frischheid van het windje, de doordringende geuren te genieten, welke het uit de oever-bosschen tot hen overbracht.