Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 16 oktober 2025
"Voor den duivel!" riep Mom, door dit ondervragen van de wijs gebracht: "wat meent gij daarmede?" "Mijnheer!" zeide nu de Gravin, zich tot den Vicaris wendende: "ik moet u verzoeken, dergelijke tooneelen in mijn huis te vermijden. De Heer Ambtman heeft uw vraag beantwoord, en, naar mijn begrip, kan geen betrekking van bloedverwantschap, geen gezag u het recht geven tot zulke vragen.
Te Breda maakte hij den apostolischen vicaris en de roomsche geestelijken, die, in tegenstelling met de protestantsche predikanten, niet in plechtgewaad doch in gewoon costuum voor hem waren verschenen, hierover in 't openbaar een geducht standje, en bedreigde die heeren zelfs met verbanning, als zij in die houding van verzet volhardden en zich niet onderwierpen aan de bepalingen van het concordaat.
Hoe is het met de Tielsche samenzwering gelegen? is er van dien kant wat te verwachten?" "Mij onbewust," antwoordde Grobbendonck: "ik wacht Pater Eugenio dagelijks terug om mij kennis van het aldaar verrichte te geven. Doch misschien zal de Heer Vicaris, die heden van Tiel kwam, UEd. meer licht kunnen geven."
"Ik verzoek Uwe Genade nederig om verschooning," vervolgde de Vicaris, met een eerbiedige buiging, tegen de Gravin: "doch ik moet hier mijn plicht vervullen. Jonkheer Jacob Mom! gij hebt mijn laatste vraag nog niet beantwoord."
"Wie valt den deposant in de rede?" vroeg de Prins, verstoord rondziende. "Wie is die grijskop?" vroeg hij zacht aan Van Kinschot, toen zijn oog het eerwaardig gelaat van den Vicaris ontdekte. Het antwoord van den Fiskaal deed hem bevreemd opzien; doch hij gaf terstond weder een wenk aan Ludwig om te vervolgen.
En meteen zette hij de voeten vast aaneengesloten in het slijk, greep Teun Wezer met beide handen om het lijf en tilde hem op het voetpad. De gewonde opende nu de oogen en zeide met een schorre en gebroken stem: "o wee! het is met mij gedaan.... laat de Vicaris.... een gebed.... voor mijn ziel.... o wee!"
"Verwondert u dat?" vroeg Pekkius, hem met een scherpen blik aanziende. "Een woord met u, Pater!" en tegelijk, hem om den arm nemende, trok hij hem met zich in het naaste vertrek. "Gij weet dus ook niet," vervolgde de Kanselier, "dat de Vicaris op den weg is aangerand geweest." "Ik kom pas in Den Bosch." "Dat is geen stellig antwoord op mijn vraag. Gij zijt geen vriend van den Vicaris.
"Was die Vicaris, wien ik oogluikend zijn broederen heb laten vergaderen in het klooster, de grootvader van Ulrica? Hoe vreemd loopt alles samen! En wat heeft de vrome man aan de broederen verhaald?" "Hij heeft hun gisteren zijn Credentialen getoond en heden heeft hij hun een predikatie voorgedragen om hen tot lijdzaamheid en onderwerping aan te manen.
Terwijl het gesprek, dank zij den Vicaris, die de gasten over hun werken onderhield, weder een letterkundige wending nam, ontstond er plotseling een onverwacht gerucht en herhaald geklop aan de huisdeur, waarop, na het openen daarvan, een verward geluid van stemmen volgde en voetstappen gehoord werden van nieuwaangekomenen, die de trappen haastig kwamen opgeloopen.
"Doch! indien de Heeren mij vergunnen, een vraag te doen: waarom heeft de gevangene voor vier weken het slot te Sonheuvel op een zoo vreemde wijze verlaten?" "Ten einde mij naar Den Bosch te begeven." "En met wien hebt ge daar omgang gehad?" "Met mijn oom, Don Louis de Velasco, met den Heer Vicaris, met den Heer Van Grobbendonck en met eenige Remonstrantsche uitgewekenen." "Zoo!
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek