United States or Madagascar ? Vote for the TOP Country of the Week !


De zucht om glinsterende voorwerpen op te nemen en te verstoppen hebben zij met hare zwakkere verwanten, de roof- en moordzucht met de Raaf gemeen. Ook zij overvallen kleine Gewervelde Dieren, zelfs jonge Honden en Katten, hoofdzakelijk echter Vogels, om ze te dooden of althans te martelen. De nesten van de Hoenderen en Duiven worden door deze gauwdieven spoedig ontdekt en onmeedoogend geplunderd.

Daarna zou hij met een vaart in huis, maar werd bijtijds door Kee, met een "hallo marsch, je niet hier verstoppen," den tuin weer ingejaagd, zoodat hij ten laatste, moe van het gedraaf, een middagdutje in het grasveld ging doen.

Een onaangename gewoonte van den tammen Koegoear is echter, dat hij, als hij veel van zijn meester heeft leeren houden en graag met hem speelt, zich bij zijn nadering pleegt te verstoppen, om vervolgens onverwachts op hem toe te springen; iets dergelijks doen tamme Leeuwen ook. Men kan zich licht voorstellen, hoe onpleizierig zulk een bewijs van genegenheid in sommige gevallen kan zijn.

Als 'n zwarte slang, waggelt hij naar 't open gat in den grond, naar 't plekje omwoelde aarde, waar ze den dooie onder wat schoppen heetgebrand zand zullen verstoppen. De kinderen sjokken nog een eind mee. De voorbijgangers blijven staan, kijken om, tellen de koetsen, gaan verder. De tram stopt even.

Op den bodem, die, zooals reeds gezegd is, den vorm van een bak moet hebben, zet men eerst het schaaltje met water. Hierna bedekt men de vrijgebleven ruimte met een laag scherven en stukjes turf, ten einde een goede drainage te verkrijgen. In den omtrek van het waterafvoerbuisje moet de drainage zóó aangebracht worden, dat dit niet verstoppen kan. Op de drainage brengt men dan de aarde.

"Waar vindt je 't het beste om met zoeken te beginnen, Rosenbom?" zei de bronzen man. "Zoo'n klein ding, als hij, zou zich wel 't beste in de modelzaal kunnen verstoppen," antwoordde de houten man. Op een smalle strook land, die zich links van de poort langs de heele haven tot aan zee toe uitstrekte, lagen ouderwetsche gebouwen.

Natty, die verstandig was in zijn soort, gluurde maar amper even naar het nest en trok me toen weg om ons te verstoppen, en eer 'k het wist of ook maar iets van haar komst gemerkt had, daar zat moeder houtsnip weer op haar eieren te broeden.

Andere voorschriften komen pas in de tweede plaats: wanneer ze zich moeten verstoppen en wanneer vluchten; hoe ze moeten neerschieten en hoe beetgrijpen; hoe ze die groote verscheidenheid van dingen die ze in de wereld zien klanken die ze hooren, geuren die ze ruiken uit elkaar moeten houden en in hun geheugen prenten, om oogenblikkelijk de daad te laten volgen, zoodra iets tot hun bewustzijn doordringt nog eens: al die verrichtingen die niet zoozeer een zaak van 't instinct zijn als wel van zorgvuldige oefening en nabootsing.

Die halfjes werden zoo heet in je kleine, vochtige handpalmen, maar je moest ze ook goed verstoppen in de dichtgeknepen handjes. Een halfje op straat verliezen, was een jammer van groote beteekenis. Broekzakken hadden de kleine jongetjes nog niet. En daarom waren de halfjes alleen maar veilig in den heeten oven van hun kleine brandende handjes.

Er kwam een vedelaar binnen met een muziekboek. Hij ging op de hooge kruk zitten en deed zijn best voor een heel orkest, en steunde om er maagpijn van te krijgen. Mevrouw Fezziwig kwam binnen, één aangekleede glimlach. De drie juffers Fezziwig kwamen binnen, stralend en beminnelijk. Binnen kwamen de zes jonge cavaliers wier harten zij gebroken hadden. Binnen kwamen al de jongelingen en jongedochters die in de zaak geëmployeerd werden. Binnen kwam de meid met haar neef, den bakker. Binnen kwam de keukenmeid met haars broeders intiemen vriend, den melkman. Binnen kwam de jongen van den overkant, dien men verdacht van niet genoeg te eten te krijgen van zijn meester, en die trachtte zich te verstoppen achter het meisje van daarnaast, van wie men wist dat haar meesteres haar aan 'r ooren getrokken had. Binnen kwamen ze allemaal, de een na den ander; enkelen bedeesd, anderen zonder schroom, enkelen gracieus, anderen geen weg wetend met hun figuur, sommigen drukkend, anderen weer trekkend, maar allen kwamen ze binnen, hoe dan ook en vanwaar dan ook. En daar gingen ze er allen op los, twintig paren tegelijk, de eerste twee paren handen kruisend; tóén de dames van het tweede viertal handen kruisend met de heeren van het tweede viertal en hetzelfde met de heeren van het eerste viertal en de dames van het tweede; naar elkaar toe en weder terug, rond in verschillende houdingen van verliefdheid, het oude eerste paar dat bovenaan stond steeds op de verkeerde plaats in de dansfiguur uitkomend, het paar dat nu bovenaan stond weder wegdansend zoodra ze bovenaan w