Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 24 mei 2025


Evenzo dat de koning van Argos, de avond zelf van de aankomst der verbannen vreemdelingen, zijn dochters in de zaal doet leiden en ze aan de gasten ten huwelik biedt. Op zulke punten vonden de Franse trouvère en de rhapsode van de oorspronkelike oude Griekse heldensage elkaar weer achter de artistieke behandeling van Statius.

Moge professor en geleerde in onze Midden-Nederlandsche Taal- en Letterkunde mochten zij in een oogenblik van verstrooiïng dit Zwevende Schaakbord wel willen volgen den modernen trouvère niet al te streng oordeelen over zijn maar hier en daar, grillig-weg, Midden-Nederlandsch getint Nederlandsch, dat geen geleerde creatie wil zijn, maar niet meer dan de vroegere chanson-de-geste of ridderroman zelve was: eene "littérature d'agrément", die nu wel geen te burcht gekomene Kruisvaarders wenscht te verstrooien, maar alleen de pretentie heeft den modernen lezer een oogenblik te vermaken, en misschien zelfs wel te ontroeren, want, we weten het nog allen heel goed: het recept van den Humor is niet anders dan heel eventjes maar ontwelden traan met heel eventjes maar ontlokenen glimlach te mengen en vooral niet te doen snikken en schateren....

En zo gaat het steeds; de uiterlike vormen zijn fijner en netter geworden, en in plaats van het vertrouwelike »zoete, lieve vriendin" wordt in het Duits de vorm »Frau" gebruikt waar hij haar aanspreekt en ook in bescheidenheid, takt en fijngevoeligheid staan de mensen hoger dan die van de eenvoudige Franse trouvère. Verder is de Duitser harteliker en ook meer zoetsappig-sentimenteel.

Heel erg zwaar neemt de trouvère de trouweloosheid van Briseis blijkbaar niet op.

Ofschoon, zelfs nu vinden wij er nog geen uitwerking in détails van gewone dagelikse dingen. Waar Virgilius homeries schildert hoe de mannen van Aeneas vonken uit steen slaan, de sintels in bladen bewaren enz., daar roept de trouvère alleen maar: »zij legden een vuur aan en bereidden een maaltijd." Het elegies-romantiese natuurgevoel van de stadsbewoner kent hij niet.

Den vorigen avond was zij met mevrouw Verstraeten, Marie en Lili naar de opera geweest, waar zij de Trouvère gezien had, en dien morgen had zij Roberts, haar ouden brompot van een muziekmeester, Léonore's air voorgezet, opdat hij haar zou accompagneeren: "La nuit calme et sereine..."

Maar toch, de natuur gaat boven de leer, en telkens als de trouvère zich eens goed en van nabij in de stof inleeft, vergeet hij dat hij zich in een hogere, meer ideale sfeer moet bewegen en dan haalt hij, evenals de dichter van de roman van Aeneas, alles in de nuchtere naïeve werkelikheid neer waar hij thuis hoorde.

In die kuise algemene bewoordingen duidt Virgilius aan wat de trouvère zich niet geneert rond uit te zeggen: »Daar zijn die twee nu alleen tesamen, hij doet met haar wat hem lust, veel geweld hoeft hij niet te gebruiken. De koningin weigert hem niets, maar geeft hem zijn wil; lang had zij er zelf naar verlangd."

Zoals wij gezien hebben waren de klassieken al halverwege voor de trouvère der Middeleeuwen geromantiseerd door de Grieks-Oosterse vertelkunst, waardoor alleen hij in de regel de klassieken te zien kreeg, bijv. door de Egyptiese historie van Alexander of door de romans over Troje uit de periode van het verval der oudheid.

Dan was er al die andere hekserij en duivelskunsten, waar de klerken der oudheid van wisten te vertellen. Waternymfen zoals die ook in Bretagne voorkwamen; zeemeerminnen en sirenen die »een lied zingen dat musica heet, en dat de schippers in 't verderf stort"; de kleine duivel Spin (d. w. z. Sfinks) die alle mensen in de afgrond wierp, welke zijn raadsels niet konden oplossen; de tovenaar Virgilius die even ervaren was in de zwarte kunst als Merlijn bij de Britten, en allerlei snuggere mechanismen op 't Capitool te Rome aanbracht ter bescherming van het Romeinse rijk. Toverij moet er ook geschuild hebben, dacht de trouvère, in die geschiedenis van een vorst die een witte koe bezat die zulke heerlike melk gaf en die hij door een man met honderd ogen liet bewaken, of in het verhaal van de koningsdochter Ariadne, wier vrijers allemaal naar een grote tuin gebracht werden, die zodanig ingericht was dat niemand er weer uit wist te komen, terwijl er nog een lelik beest van een leeuw ook in huis hield. Maar 't alleraardigste in al die klassieke feeënverhalen was dat van koning Orpheus wiens koningin Heurodis naar 't onderaardse feeënrijk van Pluto weggevoerd was. Wanhopend trekt Orpheus weg en leeft als een wildeman alleen in 't bos: alleen zijn harp heeft hij meegenomen en alle wilde dieren komen naar hem luisteren als hij daar op speelt. Dikwels ziet hij daar in de stilte van het bos de Alfenkoning op jacht met zijn gehele gevolg en onder de vrolike dames daaronder ontdekt hij op een zekere dag zijn geroofde vrouw. In zijn speelmanskleedij gaat hij met de stoet mede door een opening in de berg naar het prachtige slot van de Alfenkoning en d

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek