Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 12 juli 2025
SALOME: Is deze profeet een oud man? EERSTE SOLDAAT: Neen, Prinses, hij is een zeer jong man. TWEEDE SOLDAAT: Men is er niet zeker van. Er zijn er die zeggen dat het Elias is. SALOME: Wie is Elias? TWEEDE SOLDAAT: Een overoud profeet uit dit land, Prinses. SLAAF: Welk antwoord mag ik brengen aan den Tetrarch van de Prinses?
Herodias haalt van den vinger van den Tetrarch den ring des doods en geeft hem aan den soldaat die hem onmiddellijk aan den beul brengt. Daar was een ring aan mijn rechterhand. Wie heeft mijn wijn gedronken? Er was wijn in mijn beker. Hij was vol wijn. Iemand heeft er van gedronken. O, ik ben zeker dat er iemand een ongeluk gaat overkomen. Koningen moeten nimmer hun woord geven.
Zeg den soldaten dat zij afdalen en mij brengen wat ik vraag, wat de Tetrarch mij beloofd heeft, wat mij toebehoort. Daalt af in den put en brengt mij het hoofd van dezen mensch. Salome vat het aan. Herodes verbergt zijn gelaat achter zijn mantel. Herodias glimlacht en wuift zich koelte toe. Zie, ik zal hem nu kussen. Ik zal er in bijten met mijne tanden zooals men bijt in een rijpe vrucht.
SALOME: Ik ben niet hongerig, Tetrarch. HERODES: Gij ziet hoe gij uw dochter hebt opgevoed. HERODIAS: Mijn dochter en ik stammen uit een koninklijk geslacht. Maar uw grootvader hoedde kameelen! Ook was hij een roover! HERODES: Gij liegt! HERODIAS: Gij weet zeer wel dat ik de waarheid spreek. HERODES: Salome, kom hier naast mij zitten. Ik zal u den troon uwer moeder geven.
Als gij voor mij danst, kunt gij mij vragen wat gij wilt en ik zal het u geven. O dans voor mij, Salome, en ik zal u geven alles wat gij mij vraagt, zelfs tot de helft van mijn koninkrijk. HERODIAS: Dans niet, mijne dochter. HERODES: Alles, tot de helft van mijn koninkrijk. SALOME: Gij zweert het, Tetrarch? HERODES: Ik zweer het, Salome. HERODIAS: Mijn dochter, dans niet.
SALOME: Gij hebt gezworen, Tetrarch. HERODES: En ik heb nooit mijn woord gebroken. Ik behoor niet tot hen die hun woord breken. Ik weet niet wat liegen is. Ik ben de slaaf van mijn woord, en mijn woord is het woord eens konings. De koning van Kappadokia liegt altijd, maar hij is geen waarachtig koning. Hij is een lafaard. Ook is hij mij geld schuldig, dat hij mij niet wil terugbetalen.
Hij sprak altijd zeer zacht. De klank van zijn stem was als de klank van de fluit eens fluitspelers. Ook hield hij er veel van naar zich-zelf te zien in de rivier. Ik heb hem daar nog verwijt van gemaakt. TWEEDE SOLDAAT: Gij hebt gelijk. Wij moeten het lijk verbergen. Het is beter dat de Tetrarch het niet ziet. EERSTE SOLDAAT: De Tetrarch zal hier niet komen. Hij komt nooit op het terras.
De Tetrarch wil niet dat iemand met hem spreekt. Hij heeft zelfs den Hoogepriester verboden met hem te spreken. SALOME: Ik wil met hem spreken. EERSTE SOLDAAT: Het is onmogelijk, Prinses. SALOME: Ik wil het. DE JONGE SYRI
SALOME: Waarbij zweert gij, Tetrarch? HERODES: Bij mijn leven, bij mijn kroon, bij mijne goden. Al wat gij wilt zal ik u geven, tot de helft van mijn koninkrijk, als gij voor mij danst. O, Salome, dans voor mij. SALOME: Gij hebt gezworen, Tetrarch. HERODES: Ik heb gezworen, Salome. SALOME: Alles wat ik vraag, tot de helft van uw koninkrijk? HERODIAS: Dans niet, mijne dochter.
Doop er uw roode lipjes in, en dan zal ik den beker ledigen. SALOME: Ik ben niet dorstig, Tetrarch. HERODES: Hoort gij hoe uw dochter mij antwoordt? HERODIAS: Ik vind dat zij groot gelijk heeft. Waarom ziet gij haar voortdurend aan? HERODES: Brengt mij vruchten. Ik zie gaarne den beet uwer tandjes in een vrucht. Bijt een klein stukje uit deze vrucht, en dan zal ik eten wat overschiet.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek