Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 26 juni 2025


"Een oogenblik, goede vrienden!" zeide vader Syard, zich voor de deur stellende, met zulk een vastberadene houding, dat de beide gasten een poos besluiteloos stonden: "ik ben een man van jaren en ongewoon om met rauwe gasten als gij zijt te vechten; maar ik zou nog kracht genoeg hervinden om den eersten, die zich verstoutte aan den wervel van deze deur te raken, zijn vermetelheid duur betaald te zetten."

"Dat is wel goed, mannen," zeide vader Syard: "maar alles met beleid: beter wat minder spoed en dat de verschansing des te steviger zij. Waar is nu de vader Keukenmeester?" De monnik, naar wien hij zocht, kwam juist met een zwaren ketel aansjouwen. "Neen Broeder!" zeide vader Syard, "breng dien ketel maar weer weg: wij kunnen dien beter gebruiken.

Voor 't overige was het, uithoofde eener oude gehechtheid, Aylva's geliefkoosd verblijf, ofschoon deze eigenlijk, gelijk wij hoogerop verhaald hebben, zijn meeste goederen en betrekkingen in Oostergoo had, waar hij insgelijks een paar kleiner stinsen bezat. Op den morgen dan na de hierboven beschrevene plechtigheid, was Madzy met vader Syard in de gewone huiskamer van gemelde stins gezeten.

Wat de uitdrukking van zijn gelaat betrof, zij was die van iemand, die steeds genegen schijnt, ieders woorden kwalijk op te nemen: en schoon zijn voorstel aan vader Syard op zich zelf verplichtend was, de norsche en onaangename toon, waarop het gedaan werd, nam er alle verdiensten van weg, en gaf zooveel te kennen, als dat de man, tot wien het gericht was, er zich ten hoogste mede vereerd moest achten en dat een weigering kwalijk zou worden opgenomen.

"Erg genoeg!" zeide vader Syard: "Adeelen heeft geen aansporing noodig om een dol stuk te begaan: en zoo er oorlog komt, moet de aanleiding daarvan niet van zijne zijde komen, maar geheel Friesland opstaan als een enkel man."

Zij zijn niet tot kampen opgebracht, gelijk de conversen van Oldeklooster of Lidlum, en ik dank er God voor. Maar achter deze muren zullen zij, hoop ik, hun plicht weten te betrachten." "Dat zullen zij!" zeide vader Syard: "verspreidt u nu allen, en zoekt alles bijeen wat dienstig zijn kan om de voorpoort te beschutten.

Daar de uitslag van hun verder onderhoud in het vervolg dezer geschiedenis blijken zal, is het ons onnoodig voorgekomen, de verschillende tegenwerpingen en bedenkingen, door den onbekende en door vader Syard gemaakt, en het ten laatste gevormd besluit hier ter plaatse te vermelden.

Er waren dus in 't geheel drie van deze ladders; of liever: er behoorden er drie te zijn; want de onderste was, gelijk wij hierboven verhaald hebben, op last van vader Syard weggenomen.

Maar ik ben dorstig, en ik haat te spreken zonder de lippen te bevochtigen. Hebt gij hier niets te drinken?" "Geen anderen drank," zeide vader Syard, de waterkruik toonende, "dan dien welke de duinwellen opleveren." "Zoek wel," zeide Adeelen: "ik houde mij overtuigd, dat de cel van een Sint-Odulfschen kloosterbroeder iets meer bevat.

"Hopman!" zeide vader Syard, zoodra hij den aanvoerder der bende in 't oog kreeg: "gij neemt dezen koopman onder uwe bescherming, eer hij door het volk mishandeld worde. Gij kent mij, en gij weet, dat ik niet alzoo zou spreken, indien ik geen gewichtigen grond voor mijn zeggen had."

Woord Van De Dag

muggenbeten

Anderen Op Zoek