United States or Libya ? Vote for the TOP Country of the Week !


Er heerscht dan ook groote ellende in die kloosters, en de cel van een der monniken, waar men ons heen brengt, om van het prachtig uitzicht te genieten over het dal, is een akelig verblijf met geen andere meubels dan een stroozak.

"Dat is tot daar aan toe," viel haar Maaike Jaspersz in de rede: "een meid uit een ordentelijke herberg behoeft de jonge knapen niet in de oogen te kijken.... laat zien: de bedsteden zijn bezet; maar er zal nog wel een ledig hoekje zijn om een stroozak te leggen." "Wat beduidt al dat gehaspel?" vroeg vader Syard vertoornd: "gij wilt mijn nicht toch niet in uw groote kamer plaatsen?

Aan de linkerzijde van het vertrek is de bedstede en daarnaast een van oude ongeschilderde planken getimmerde slaapplaats, waarin twee kinderen, meisjes van negen en zes jaren, eendrachtig liggen te slapen; onder de tafel, op een stroozak, rusten twee jongens, dertien en elf jaren oud, onder een oude wollen deken, en eenige kleedingstukken, die hen ternauwernood voor de felle koude beschutten.

Op een ouden muffen stroozak liggend, tracht hij te slapen, terwijl zij hem de buitengewone radheid en scherpte van haar tong, 't eenige lichaamsdeel dat haar nog geheel ten dienste staat, doet gevoelen omdat hij volgens haar begrippen, altijd te weinig thuis brengt.

En zeer haastig sloop hij langs den hooiberg de schuurdeur binnen, beklom de ladder, smeet op zien cel de bovenkleeren uut; wierp zich op zijn stroozak; prevelde: "Berend is d'r ook nog," en begon flink te snorken, toen hij Jozef de ladder hoorde opkomen. Het: "Wee u gij geveinsden!" was hem wel op de lippen, maar niet in het hart.

Er heerscht dan ook groote ellende in die kloosters, en de cel van een der monniken, waar men ons heen brengt, om van het prachtig uitzicht te genieten over het dal, is een akelig verblijf met geen andere meubels dan een stroozak.

Toen haalde zij onder de bedstede vandaan een stroozak en een paar andere stukken karpetgoed, legde een er van onder haar hoofd, dekte zich met het tweede toe, blies het licht uit en sliep weldra op den grond uitgestrekt in. Wat was er van Dorus geworden, sedert den treurigen morgen, waarop hij bij juffrouw Keetje's sterfbed knielde?

Of gij zult door een schoorsteen moeten klimmen, op gevaar af van u te branden; of gij zult door een riool kruipen, op gevaar af van te stikken. Ik spreek niet van de gaten, welke moeten worden verborgen, van de steenen welke losgebroken en twintigmaal daags weer op hun plaats gesteld moeten worden, van den kalk die in den stroozak moet worden verborgen.

Ik dacht tijdens dit uur aan mijn toekomstig leven en zag dezen droeven toestand in 't verschiet: niets hebben dan droog brood om mijn honger te stillen, niets dan water om mijnen dorst te lesschen, de minne ontvluchten; niet durven verroeren of niet durven niezen, uit vreeze van kwaad te doen; geëerd zijn door allen, gevreesd door een iegelijk; alleen en verlaten als een melaatsche; treurig als een hond, die zijn meester kwijt is, en, na een dergelijk vijftigjarig martelaarsleven, weemoedig op eenen stroozak verrekken.

Hoe lang, ach, hoe lang? Hoe lang zal een trotsch hart zich kunnen buigen? Hoe lang ongeduldige lippen zwijgen? Hoe lang een heftige hand teruggehouden worden? Weldadig is de ellende der vernedering. Terwijl de rug zeer doet door den zwaren arbeid, zwijgt het hart. Bij hen, die maar een paar uren op den harden stroozak rusten, komt de slaap ongeroepen.