United States or American Samoa ? Vote for the TOP Country of the Week !


Inderdaad worden mij de maaltijden rechtstreeks uit het huis van Sidi Mohammed bezorgd, gedragen door zijn schoonzoon, die mij bedient, de borden wascht en de kamer stoft met een ijver, die op een belooning wacht.

Tot zelfs de heiligen maken zich mooi; beelden, platen en relikwieën krijgen hun Zondagsch uiterlijk, men stoft ze af, de glazen worden schoon gemaakt, en bloemtuiltjes aan de lijsten opgehangen. Op straat worden op geregelde afstanden grillige eerebogen opgericht uit op allerlei manieren bewerkte bamboe. Men noemt die singkaban.

En ik betreur dat niet: ijdele hoogmoed brengt ons zeker ten val, en het is ijdelheid, als men, zelf arm aan verdiensten, op de voorvaderlijke grootheid stoft; nog ééns, zoo ik mij wel herinner, heeft het symptoom der booze gelijkenis zich weer voorgedaan, en wel bij gelegenheid van eene woordenwisseling, die ik had met mijn oom den minister.

Want hij veegt er niet alleen het bord mee af, dat hij u brengt; hij stoft er, zoo noodig, ook uw kleeren mee en bij gelegenheid uw schoenen; hij jaagt er met korte, welwillende tikjes het ongedierte mee weg, dat, als ge te dicht bij een dorp hebt gekampeerd, half verdoofd door het insectenpoeder tusschen uw lakens is te vinden; hij ranselt er de koelies mee, als ze te langzaam naar zijn zin de tenten opslaan en het kamp in orde brengen, want hij gevoelt zich als een karavaanbestuurder, en de goede Kaschmireezen, die door mijn bediende worden uitgescholden, een kereltje, dat ze met een vinger hadden kunnen omverwerpen, spraken hem altijd eerbiedig met Sirdar aan, dus met niet minder dan den titel, door lord Kitchener van Khartoem gedragen, toen hij het bevel over het engelsch-egyptisch leger voerde!

....Hier weit het oogh in allerhande bloemen, De kunst verdooft de stof. ....Stoft d' Indiaan op d' endeloze rente Van 't vrolijck ooftsaizoen. Dat eeuwigh duert: het is hier eeuwigh lente. Geen kou verbijt dit groen. ....Dees veltzwarm ziet den dischbeemt nooit verdorren.

Dit zwervend volk, van andren afgezonderd, Stoft op zijn dieper kennis der natuur; De zeeën, wouden, velden, waar zij toeven, Zien hen bekend met hun verborgen schatten: Geringe kruiden, bloemen, bloesems spreiden, Door hen verzameld, ongekende krachten. De Jood.

Als me daar nu eens plotseling een wijze uit den hemel kwam vallen en riep, dat hij, tegen wien allen als een God en Heer opzien, zelfs geen mensch is, omdat hij als het vee zich door zijn hartstochten laat medesleepen, maar veeleer een gemeene slaaf, omdat hij uit vrijen wil zich aan zoo'n tal van zulke afschuwelijke meesters onderwerpt: en hij daarentegen een ander, die treurt over den dood zijns vaders, raadt liever te lachen, omdat deze nu eerst begonnen is te leven, daar toch dit leven verder niets anders is dan een soort van dood: hij voorts een derden, die op zijn stamboom stoft, een gemeenen bastaard noemt, omdat er een wijde klove gaapt tusschen hem en de deugd, de eenige bron van adel, en hij op dezelfde wijze maar al doorging eilieve, zou hij 't wel verder brengen dan algemeen voor waanzinnig en razend door te gaan?