Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 21 juni 2025
"Als 't je blieft, kereltje, hier is de stroopkan. Pas goed op en kijk waar je loopt; de kan is heel vol, zooals je ziet. Wacht maar, ik zal je wel even het stoepje afhelpen. Ziezoo, loop nu maar heel voorzichtig, hoor. Dag ventje!"
Aan beide zijden van het breede water, dat de Kaspische Zee in verbinding stelt met het groote binnenmeer, de Moerdab, staan strooien hutten op palen, en op het houten stoepje voor de hutten zijn goederen uitgestald. Platboomde vaartuigen brengen die aan; de beide einden van de jonken zijn spits en omhoogloopend, en een groot vierkant zeil wappert hoog in den wind.
Het buitentje was niet weelderig. Marcheerden de zaken, zoo dacht Jozef, dan kon men later zien iets meer chics te krijgen; maar, met zijn uiterlijk van half Zwitschers landhuis, was het toch niet onaardig. Toen het rijtuig stilhield, was Jans, die met de vrouw uit het dorp, waarmede zij de boel in orde had gemaakt, mevrouw wachtte, het stoepje afgegaan en had het portier open gemaakt.
Dezer dagen zag ik nog een treffend staaltje van zulk een opvoeding. Een stuk of zes jongens zaten voor een huis op een stoepje. Ze deden absoluut geen kwaad, koesterden zich in den zonneschijn, lachten wat onder elkander, hadden gemoedelijke jongenspret, zooals jonge honden dat ook zoo kunnen hebben. Plotseling ging achter hen een huisdeur open, een vrouw verscheen, en trapte ze nijdig weg.
De ganzen liepen naar elkaar toe, staken de koppen bij elkaar en vroegen: "Wie kan dat gedaan hebben? Wie kan dat gedaan hebben?" Maar het vreemdste van alles was, dat de jongen verstond wat ze zeiden. Hij was zoo verbaasd, dat hij op het stoepje bleef staan luisteren. "Dat komt zeker, omdat ik in een kabouter ben veranderd," zei hij. "Daarom zeker versta ik nu de taal van de vogels."
Zij flapten met een kort geluid tegen het witte muurtje aan en een hand zette de knipjes vast. Toen ging insgelijks het groene deurtje open en "den nieuwen boas" zooals de menschen hem noemden, verscheen even in zijn hemdsmouwen op 't stoepje en staarde rechts en links de straat eens vlugjes in. Dag Boas! Alles goed?" riep vroolijk, op een afstand, een der buren.
Voor een nis op een stoepje zag Johan hem staan schemeren, los ook hij van den nacht, gebukt-schevig, bezig met rommelig te zoeken naar een sleutel in zijn broekzak en hanghebbend in zijn lage hand den gevonden arend aan de krampende pooten. Dan een muurlengte rechts, wendde het paard al schuif-trappelend om, gestuurd door de onteziene handen van zijn heer. Dwars stond het in de steeg.
De jongens, doodelijk verschrikt, vlogen de straat op. Ze hadden geen flauw vermoeden gehad van dát gevaar achter hun rug. Ze zaten zoo knus op dat warme stoepje in den lekkeren zonneschijn. En nu stonden ze, met verschrikte gezichten, weggejaagd en weggegrauwd, ineens midden op straat. De deur ging met een nijdigen smak dicht.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek