Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 7 juli 2025
In Des. 1711 werden de grenzen van het Kaap-distrikt bepaald als zijnde de Mosselbank- en Kuilsrivieren. Aan de andere zijde oefende de landdrost van Stellenbosch gezag uit, tot zoover als zich Europeanen hadden gevestigd. De stichting van Fransche Hoek en de Paarl vallen mede in de tijd van de komst der Hugenoten .
Want om negen uur begon ieder zich gereed te maken om naar huis te gaan. De slaven stonden met brandende lantarens gereed om de heren en dames naar huis te geleiden, daar straatverlichting nog onbekend was. In Stellenbosch had men van 1 tot 14 Oktober kermis. Die was in 1686 ingesteld. Van alle kanten kwamen de mensen dan toegestroomd.
Op 13 April 1711 werd aan de Heren Zeventien gemeld, dat het niet aanbevelenswaardig werd geacht ook tienden van vee te heffen. »De bewoners van Stellenbosch en Draakestein", zo lezen we, »betalen al hoorngeld, dit is 1 gulden voor 100 schapen en 5 gulden voor groot vee . Dit geld, dat gebruikt wordt voor het herstellen van wegen en bruggen en ook voor 't geven van premies voor 't doden van wilde dieren, kunnen velen niet eens betalen."
Maar toch bestond de kolonie honderd jaar na de stichting slechts uit drie distrikten, die van de Kaap, Stellenbosch en Swellendam. Doch het sprak eigenlik vanzelf, dat dit zo moest wezen. De Zeventien waren zeer beslist gekant tegen uitbreiding der grenzen.
Michiel Otto van Hottentots-Holland vroeg in 1744 om koren te mogen malen met zijn eigen molen voor zijn eigen gebruik, daar hij zover van de molen van de Kompanjie af woonde . Dit werd toegestaan, maar alleen op konditie, dat hij aan de molenaar van Stellenbosch evenveel zou betalen, alsof zijn koren d
Daardoor waren zij veel armer dan de bewoners van Stellenbosch en hadden dus geen geld om dure meubelen aan te schaffen. Zij moesten zich behelpen in velerlei opzichten, zowel als de boeren in het binnenland. Meestal kwamen de verder af wonende boeren slechts ééns in hun leven in Kaapstad, dat was, wanneer ze voor 't Huwelikshof moesten komen om te trouwen.
Wie de papegaai afschoot, was koning van 't voetvolk en wie 't wit van de schijf raakte, was koning van de ruiterij. Het volgend jaar mocht de koning eerst schieten, zelfs vóór de Goeverneur. Hij behoefde dan ook nog geen inleg te betalen . De afschaffing van de kermis in Stellenbosch was volstrekt niet naar de zin van de bewoners en een opstootje was er het gevolg van.
Zo werd op 15 Oktober 1720 door Jan Nel, diaken van Stellenbosch, aan de overheid een rekwest gezonden, waarin hij klaagde over de stoutheid van een jongen van 12 jaar, die door de schoenmaker, bij wie hij in de leer was, niet getemd kon worden. Hij vroeg dan ook eerbiedig om dit jongmens voor enige tijd aan boord van een schip te brengen .
Toch, zodra men van de dorpen verwijderd was, schijnt men nog al wat gevaar te hebben gelopen, tenminste Valentijn verhaalt op blz. 113 van zijn werk over verschillende gevallen van ontmoetingen met leeuwen op weg van de Kaap naar Stellenbosch en Draakestein. De premies voor het doden van wilde dieren werden in 1739 verminderd, wat ook bewijst, dat er niet meer zó'n last van ondervonden werd.
De drie »Borgers" bovengenoemd werden door de Grote Raad verkozen. Deze kleine Raad hield zich bezig met rechtsgedingen van minder belang, zoals twisten of beledigingen, die niet de aandacht van de Raad van Justitie waard waren. Evenals de Landdrost en Heemraden van Stellenbosch, bovengenoemd, konden zij alleen oordelen in kwesties, waar het niet ging om een hoger bedrag dan van 150 gld.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek