Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 27 juli 2025


Ik zag de oude ruime kerk als een schilderij van Saenredam, van bleek ivoor schenen de zware zuilen en de hooge wanden met paarse schaduwen hier en daar, blauw en rozig lagen de vlakke plavuizen, lichtblauw was de hemel door de in-lood-gevatte ruitjes van de spitsboogramen, huisnokken en roode daken schemerden daar door en heldere dag gleed langs de koperen kroonluchters en de kleurige schilden in de zwarte lijsten.

Want hij kreeg daar voor zijn part te eten: drie borden erwtensoep met kluiven en varkensooren, er bij menigte in drijvende; toen een bruin-gebraden varkenscarbonade met lekker, wit vet er in flarden aan, gedompeld ineen sausje, om een dood mensch weer levend te maken; toen een geurig stuk kalfsvleesch, aan het spit gedraaid; en duiven en wilde eenden, malsch als 't jonge gras; enten laatste een rozig speenvarkentje, dat uit mekaar viel, als je er met je hand aan raakte.

Hij voelde zich vies en goor in die omgeving, vol gemakken en onbezorgdheid en in een aangeboren drang tot keurigheid en reinheid begon hij zich, hoewel hij rilde van de koude, eerst, lang en zorgvuldig, te wasschen, te reinigen, te poetsen, te wrijven, tot zijn lichaam rozig gloeide, geheel geparfumeerd met een aroom van zeepschuim.

Daar vloog Tina's blouse over Eline's hoofd op den grond, en Eline, die haar reeds geschoeid had, deed haar op een stoel staan en hielp haar verder, terwijl Tina ratelde over den Witten Kuil, en hoe zij zoo bang was geweest voor het licht. Eline wreef haar geheele koude, blanke lijfje, tot het reeds huiverende kind gloeide, rozig en warm, terwijl zij als een pop met zich liet dollen.

Frédérique had met een glanzenden glimlach Etienne's aankondiging gehoord en gezwegen. Den dag van Pauls komst zag zij met dien zelfden glimlach in den spiegel, rozig van gezondheid.

Met een luid klapwieken vloog de valk weg, eenige losse veeren en een paar bloeddruppels als sporen van zijn wreed bedrijf achterlatend. Parcival zag de helderroode druppels afsteken tegen de blanke sneeuw en ziet voor zijn geestesoog verrees het beeld van het gelaat zijner jonge vrouw, blank als de sneeuw aan zijne voeten en rozig getint door den warmen blos der jeugd.

De kleur van hare ongelijke lichamen, rozig en roomblank, daghelder en blauwig, hij vergaarde ze in zijne oogen tot een overdadig spel. Hij deed hunne twintig vingeren door mekaar spoelen en liet ze neerkomen op zijn voorhoofd, op zijne wimpers, en in zijn hals, tot op zijn rug. Hij veronderstelde eene varende frischheid, waarbinnen hare heupen wiegden ....

Jean Valjean was in een dier mijmeringen verzonken. Hij dacht aan Cosette, aan een mogelijk geluk, zoo niets tusschen haar en hem kwam; aan dat licht, waarmede zij zijn leven vervulde, een licht dat de adem zijner ziel was. Hij was schier gelukkig in deze mijmering. Cosette stond naast hem, en zag de wolken zich rozig kleuren. Eensklaps riep Cosette: "Vader, ginds schijnt iemand te naderen."

Daar waren Engelschen de halzen rekkend, jong volk veel, in de strakke gezichten dotten de snorren; Duitschers waarvan de borsten en schouders platend kwamen uit het gedrang, met zwellende wangen rozig van de warmte in het goudelende gelaatshaar; zuiderlingen weinige, zwaar van wenkbrauw boven den somberen oogkuil, verschenen er klein en pezig.

Henriëtte, een blond model, stond halfnaakt op een lage tafel. Hare handen waren om haar nek saamgebracht, ze neeg even haar hoofd en haar rechterheup bultte rozig onder een zijig floers te voorschijn. Ze was niet leelijk, al lag over haar goud-blozend gelaat eene uitdrukking van grove gemeenheid. Ze was groot. Ze antwoordde niet op wat de lamme Pacôme gezegd had.

Woord Van De Dag

soepe

Anderen Op Zoek