United States or Equatorial Guinea ? Vote for the TOP Country of the Week !


De klank eener onbekende taal, hoe onaangenaam die ook in een anderen mond zou geweest zijn, had in dien van de schoone Rebekka die romantische en aangename uitwerking, die de verbeelding aan de eene of andere weldadige toovergodin toeschrijft, welke, wel is waar, onverstaanbaar blijft voor het oor, maar door de zachte uitdrukking en den goedaardigen blik het hart roert en treft.

Zoodra de gort kookt, roert men er de abrikozen door, blijft roeren totdat ze weer kookt en laat ze daarna nog ongeveer 20 minuten op een zeer zacht vuur uitdijen. Boekweitegort met karnemelk. Men laat karnemelk koken en handelt verder als in R. 359 is voorgeschreven. Voordat de karnemelk kookt, moet er van tijd tot tijd in worden geroerd om het aanzetten te voorkomen. Boekweitegort met melk.

De knollen worden goed gewasschen, dan in schijven gesneden en afgekookt, daarna stooft men ze in bouillon, met zout, boter en notemuskaat, en om er eene schoone kleur aan te geven, roert men ten slotte wat gebruind meel door de saus. Zij zijn in 1 1/2 uur goed. Gevulde selderij. Gestoofde uijen.

Een engel roert de klokken in den toren aan, die van zelve beginnen te luiden. Zielsrust, heilige kalmte, dweepend geloof, ziedaar wat u tegenstraalt uit al de figuren op deze verwonderlijke schilderij, waarop, zoo als de oude Pecori zegt, "de heilige schijnt ingesluimerd aan den mond des Heeren."

Bij het opdoen snijdt men de draden los, roert een weinig witten wijn, wat foelie en eenige citroenschijven door het nat, dat men met een paar eijerdoijers bindt en over de rapen giet. Bloemkool. Als de bloemkool is schoongemaakt moet zij, zoo geen nacht, dan ten minsten eenige uren lang in het water staan.

Als het begint te braden, roert men het voorzigtig om en wakkert het vuur wat aan. Intusschen mengt men eenig aardappelmeel, stijfsel, of parelsago met 8 maatjes rooden wijn en, als men bij het roeren ziet dat het vleesch eene graauwe kleur heeft aangenomen, giet men er dit over; daarmede laat men het goed doorkoken en doet het op.

Dan wrijft men ruim 1 ons boter tot zij week is en roert haar dooreen met de macaroni, met 8 l. geraspte oude witte of parmesaansche kaas, 6 eijerdoijers en het tot schuim geslagen wit. Men belegt een vorm of schotel met deeg, legt daarop eene laag ham en vervolgens eene laag van het mengsel, zoo bij beurten voortgaande.

„O, zonlicht!” Op een dennenwoud van rotsen, Wier top mijn langste schaduw niet genaakt, Is ’t, of een sombre reus zijn hel bewaakt, En, wat zich roert, dreigt met granieten knotsen. Geen einde links, géen rechts; het duister braakt Gore gevaarten; eeuwge tranen trotsen Alleen de stilte en dood; de hars-toorts kraakt; De voet doet kei op kei in de’ afgrond klotsen.

Dan strooit men er, zooveel als noodig is, zout en peper over, stampt weder en voegt er een ei bij, roert alles goed dooreen, stampt weder en voegt er nog een ei bij.

Maar zoo dit onmacht is, is het de onmacht van het genie, de onmacht van het te vergeefs willen naar het empyreum van het állerhoogste, naar dat supreme en alomvattende, dat voor de menigte in wolk versluierd blijft en dat de hoogste ziel dan toch gezien heeft in een vizioen van bovenaardschheid: een onmacht, die tragisch is en dieper roert dan de gladde perfectie van welk klein talent ook.