Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 16 oktober 2025


Hiermede is echter niet gezegd, dat zij geene erkenning vinden. Onder den naam van auteursrecht verleent de wet soms bevoegdheden, die feitelijk niet tot het auteursrecht, maar tot het persoonlijkheidsrecht behooren. Dit is natuurlijk allerminst een reden, om de onderscheiding te laten vallen; voor juridische constructies behoeft men niet bij den wetgever te rade te gaan.

En evenals voor producten van de laatstgenoemde soort, in het algemeen: voor alle handelswaren geldt voor werken van kunst en letterkunde, dat het publiek er belang bij heeft omtrent hunne herkomst juist te worden ingelicht: wie een schilderij valschelijk voorziet van den naam Jozef Israëls maakt niet alleen inbreuk op het persoonlijkheidsrecht van den schilder, maar maakt zich tevens schuldig aan misleiding van het publiek.

Zoolang het met het auteursrecht in ééne hand vereenigd blijft, kunnen beide rechten elkander dus aanvullen; heeft de auteur het auteursrecht vervreemd, dan blijven hem krachtens zijn persoonlijkheidsrecht nog enkele bevoegdheden over, zoodat dán de twee rechten tegenover elkander staan.

Hebben wij in dit geval dus te doen met handelingen, die wel als bedrog strafbaar zijn, maar die geen inbreuk maken op het persoonlijkheidsrecht van den auteur; ook het omgekeerde is mogelijk: dat nl. inbreuk op het persoonlijkheidsrecht wordt gemaakt, zonder dat daarbij het plegen van bedrog in het spel is.

De auteur zal er niet zoo spoedig toe overgaan eene actie wegens inbreuk op het persoonlijkheidsrecht in te stellen, vooral indien hij, zooals na een beslag of faillissement wel steeds het geval zal zijn, in financieele moeilijkheden zit; de uitkomst zal dikwijls zeer onzeker zijn en de schadevergoeding, die hem in het gunstigste geval ten deel valt, zal toch nooit de gevolgen van den inbreuk geheel kunnen te niet doen.

In een afzonderlijk hoofdstuk zal ik het persoonlijkheidsrecht in verband met het auteursrecht meer in bijzonderheden bespreken; wat hier voorafgaat is naar ik hoop voldoende geweest om te doen zien, dat wij het persoonlijkheidsrecht als een zelfstandig recht hebben te beschouwen, dat weliswaar op sommige punten dezelfde strekking kan hebben als het auteursrecht, maar toch geen bestanddeel daarvan uitmaakt, daar het op een anderen grondslag berust en een eigen rechtskarakter vertoont.

Eerst in de laatste jaren wordt de onderscheiding tusschen auteursrecht en persoonlijkheidsrecht algemeen gemaakt. De Fransche schrijvers spreken daarbij meestal van "le droit moral", dat dan gesteld wordt tegenover "le droit pécuniaire" . Deze termen komen mij echter minder juist voor, omdat zij de gedachte wekken, dat het verschil uitsluitend ligt in het al of niet op geld waardeerbaar zijn.

Wij hebben hier dus een aantal voorbeelden van een recht van den auteur ten aanzien van zijn werk, dat van het auteursrecht wel dient te worden onderscheiden. In de gevallen, waar het persoonlijkheidsrecht en het auteursrecht in ééne hand zijn en waar het eerste als het ware in het laatste is opgelost, komt de noodzakelijkheid dezer onderscheiding niet zoozeer uit.

Indien dus het artikel alleen strafbaar stelt inbreuk op een subjectief recht, dan zal het begrip "auteur" hier enger dienen te worden opgevat en het meest rationeele is dan zeker om er onder te verstaan: een auteur, die ook overigens van de bescherming der wet kan genieten. Op deze wijze komen wij dus ook tot de slotsom, dat het persoonlijkheidsrecht even lang duurt als het auteursrecht.

Het wederrechtelijk gebruik van eens anders naam, het binnendringen in een huis tegen den wil van den bewoner, het openbaar maken van hetgeen in vertrouwelijken kring is gezegd of geschreven en vele andere "onrechtmatige daden" van dien aard zal men dus hebben te beschouwen als zoovele inbreuken op het persoonlijkheidsrecht van dengeen, tegen wien zij gericht waren.

Woord Van De Dag

sanktie

Anderen Op Zoek