Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 25 oktober 2025


Geheel adaequaat ofwel duidelijk echter zal niemand dit kunnen begrijpen wanneer hij niet eerst den aard van ons Lichaam adaequaat heeft leeren kennen. Want wat wij tot dusver hebben uiteengezet was van zeer algemeenen aard en betrof den mensch niet méér dan de overige enkeldingen, die immers allen, hoewel in verschillenden graad, bezield zijn.

Hij bewijst het, "ex unitate materiae circa quam versatur Potestas Summa" Niets kan vallen buiten de macht der overheid. Ofwel immers iets valt niet onder hare macht ofwel iets valt onder de macht van een ander. In het eerste geval zou men deze exemptie moeten bewijzen, hetgeen men hier niet kan.

Wanneer iemand iets gedaan heeft dat naar zijn voorstelling anderen verblijdt, zal hij Blijheid, vergezeld van de gedachte aan zichzelf als oorzaak daarvan gevoelen; ofwel hij zal zichzelf met Blijheid beschouwen. Wanneer hij daarentegen iets gedaan heeft dat naar zijn voorstelling anderen bedroeft, zal hij zichzelf met Droefheid beschouwen. Bewijs. St. XXVII v.d. St. H.t.b.w. Opmerking St.

Geen wonder, daar toch de beelden der dingen, zooals wij reeds zeiden, inwerkingen zijn op het menschelijk Lichaam zelf, ofwel wijzen waarop het menschelijk Lichaam inwerking ondergaat van uitwendige voorwerpen en genoodzaakt wordt zus of zoo te handelen. Stelling XXXIII. Wanneer wij een ons gelijkend wezen liefhebben, trachten wij zooveel mogelijk te bewerken dat het ons wederkeerig liefheeft.

Hiermede heb ik Gods aard en eigenschappen ontvouwd, namelijk dat hij noodwendig bestaat; dat hij eenig is; dat hij uitsluitend krachtens de noodwendigheid van zijnen aard bestaat en handelt; dat hij aller dingen vrije oorzaak is en op welke wijze; dat alles in God is en zoodanig van hem afhangt, dat het zonder hem noch bestaanbaar noch denkbaar is; en ten slotte dat alles door God is voorbeschikt, weliswaar niet uit vrijen wil of onbeperkte willekeur, maar krachtens zijn volstrekten aard ofwel zijn oneindige macht.

Van eenzelfde beginsel uitgaand, vormt men partijen, al naar gelang men, gelijk Grotius en Puffendorf en Wolf bijv., afgaat, om te weten wat de mensch van nature is, op den "sensus communis" op het algemeen en redelijk gevoelen daaromtrent; ofwel gelijk velen in Engeland en Schotland, een meer wetenschappelijk onderzoek daarnaar instelt.

Ik zou nu hier, om alvast aan te duiden wat dwaling is, willen doen opmerken dat de verbeeldingen van den Geest op zichzelf beschouwd geenerlei dwaling bevatten, ofwel dat de Geest nìet dwaalt omdat hij zich iets verbeeldt, doch alleen voorzoover hem daarbij de voorstelling ontbreekt welke het bestaan der dingen, welke hij zich als aanwezig denkt, uitsluit.

Ik geef dus van elk der verschillende soorten volksliederen slechts die stalen, waarvan ik ofwel persoonlijk kennis nam, of van wier voortleven ik mij anderszins kon vergewissen. Sommige liederen berusten, wat den tekst betreft, op schriftelijke overlevering, welke uitsluitend ten doel heeft, het geheugen ter hulp te komen. Eenige families houden er zelfs lijvige geschreven liederboeken op na.

Hij twijfelde zeker of hij mij als zijn neef zou miskennen ofwel zich behendig van mij ontslaan; hij koos het laatste. Lachend zeide hij: "Wel mijn vriend, hoe maken uw vader en uw ooms het? hoe gaat het met hun zaken?" Ik begon hem te vertellen van de overvloedige voortteling onzer familie en noemde alle mannelijke en vrouwelijke kinderen op en zelfs hun peten en meten.

Want de mensch had volgens hem den plicht, zich in zijn doen en laten te houden aan het recht, aan de zedelijke perken gesteld, aan zijn kunnen ofwel door zijn natuur, ofwel door God, ofwel door eigen vrijwillige beschikking, en welke bestonden in hetgeen den evenmensch toekwam. Ziedaar de stelling van Grotius.

Woord Van De Dag

arasbesken

Anderen Op Zoek