Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 27 juli 2025
De noesche avondzonne straalde open langs haar lichtbruine kleed en teekende er gloeiende plooien. Haar gelaat klaarde zonderling op uit de donkere diepte der kamer, achter heur. Ze keek naar Sebastiaan en een flauwe glimlach krulde om haren mond, maar hare oogen hadden verre blikken, verwijd in stille droefenis.
Een tinnen teele, schoone versierd met een ranke doffe blaren, blonk geweldig uit, en ernevens, in een tasje van oud porselein, dorde een doode palmtuil. De teele droeg ervan de onbeweeglijke schaduw, lijk ze daar door het noesche licht van de lampe opgesmeten werd. Anderszins was de dresse een donkere kasse, want niets en was van achteren te merken.
Ze had zich bij 't venster neergezet en tuurde in den tuin, die daar zoo wonderlijk met noesche zonne lag beklad. En Ursule en hield niet op. Mijn kind, nooit begrijpt ge de wilde smert, die ge mij hebt aangedaan. Ik heb gedacht dat ik zinneloos werd te wege. Maar alles is maar spel. Waarom spreekt ge niet? Waarom blikt ge zijwaarts? Zie me hier wachten naar een woord.
Ze peuterde nadien aan een strikje, dat leelijk viel op haren rechterschouder, en vroeg, onverschillig: Hebt ge uw borduurwerk mee, Bella? Ja ... wacht even.... Ze zetten zich allebei onder 't noesche vensterlicht, en Goedele schoof het kleine werktafelken bij. 't Duurde een heelen tijd, eer ze hun tamboerijn gespannen hadden en de vele zijden strengetjes klaar gemaakt.
De noen-warmte dibberde blauw en rozig om de randen van haren bleek-bebloemden hoed. Ze luierikte goddelijk. Hare gedachten gingen uitnevelen in mistige vergezichten, over landschappen, waar de felle zon de teere kleuren omdoezelde en soms zilverflitste op een noesche klip van opalen ijsglazuur.
Ze tuurde sprakeloos naar de koffiekanne en het tinnen melkpotje en de witte teelkens en koppekens, die daar ondereen in 't noesche licht te klateren stonden en naar Goedele's vingeren, die verduldig werkzaam waren eromme. Ze liet een peinzende stilte vallen en wachtte tot het geluchte langs hare woorden voordeelig werd.
Ze vertrapten de zaadzware hoofden der halmkens. Uit een laag korenveld rees in noesche vlucht een leeuwerik omhooge. Zij stonden seffens te luisteren naar zijn heerlijk getater en keken op, hem navolgend tot tegen den schitterenden hemel. Hij kwetterde maar gedurig en steeg met stage verduldigheid. Ziet ge 'm nog? Wacht ... ja ... ja.... Langs die luttele watte ginds.... Ik zie hem!
Ze kon niet: ze moest lachen luidop, ten gebare dat ze hier alles potsierlijk vond, en ze drilde verder, langs leege uren zich voortsleepend, lijk een schaduw in noesche licht. Ursule lag in haren leunstoel te denken.
Zonderlinge klaarten blikkerden van tijd ievers op, als 't noesche verspergestraal tegen een koperen ornement botste of tegen een glazen pot, een porseleinen beeldeken, een witgeschuurde tinnen teele. Drij laatste krysanthemen vlekten de naderende donkerte met hun blanke trossen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek