Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 26 juni 2025


Twee moordenaars, die veroordeeld zijn om met den Nazarener te sterven. Vooraan in de volgende afdeeling ging de tempelwacht, dan volgden naar rang de leden van het Sanhedrin, voorts een groote menigte priesters in lange witte gewaden, met breede kleurrijke gordels. Zie eens hoeveel priesters! zeide Ben-Hur. Ja! antwoordde Simonides. Nu ik er die allen bij zie, ben ik overtuigd.

Het gelukte hem na eenig dringen den man te bereiken, die de einden van het touw vasthield, waarmede de gevangene behouden was. De Nazarener liep langzaam, met gebogen hoofd, de handen op den rug gebonden, en alsof hij niets merkte van hetgeen rondom hem voorviel. Voor hem uit gingen priesters en oudsten, in drukke gesprekken verdiept, en telkens naar hunne prooi omziende.

Moed gevat, Tirza! zeide zij. Daar komt iemand aan, die ons zeggen kan waar de Nazarener op 't oogenblik is. Amrah richtte Tirza een weinig op, en zoo wachtten zij den vreemdeling af. Ach, moeder, gij vergeet wat wij zijn. De man zal zich uit de voeten maken, en ons misschien eerst nog een steen naar het hoofd werpen. Wij zullen zien, luidde het antwoord.

Zij sloegen op hunne borst en schreeuwden van vrees. Zijn bloed was op hen gekomen! De geboren Jeruzalemmer, de vreemdeling, priester, leek, Sadduceër en Farizeër, allen tuimelden over en door elkander. Riepen zij tot God, zoo antwoordde de verwoede aarde in toorn en behandelde hen allen gelijkelijk, het bloed van den Nazarener was over hen allen gekomen!

Esther drukte zich tegen haren vader aan, en hij, de man zoo gewoon zich te beheerschen, beefde sterk van ontroering. Balthasar viel sprakeloos achterover. Zelfs Ben-Hur riep in zielsangst uit: O Heere God! Alsof de Nazarener hunne gevoelens raadde, of den uitroep hoorde, keerde hij zijn lijdend gelaat naar het gezelschap, en zag hen aan, ieder afzonderlijk. Die blik bleef hun levenslang bij.

Hij zit in den draagstoel. Ben-Hur schoof het gordijn open. De Egyptenaar lag achterover; zijn vermagerd gelaat was zeer vervallen, hij geleek een doode. Ben-Hur herhaalde zijn voorstel. Kunnen wij hem zien? vraagde Balthasar. Den Nazarener? Ja, hij moet hier langs komen. O God, riep de oude man bewogen, nog eenmaal moet ik hem zien! Welk een vreeselijke dag is dit voor de wereld.

Een der soldaten had hem uit spotlust een riet in de hand gegeven, om als schepter dienst te doen. Gelach, gejoel, verwenschingen weerklonken van alle zijden. Aller oogen waren op den Nazarener gevestigd. Was het uit medelijden, of uit andere oorzaak in Ben-Hurs gemoed had een ommekeer plaats.

Woord Van De Dag

verheerlijking

Anderen Op Zoek