Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 14 mei 2025


Maar toen het gevaar geweken was, werd de grap opgehaald en was ik te Halifax eens bezig met het verhaal een heel gezelschap te amuseeren, toen juist zijn lordschap binnenkwam. Het verhaal veroorzaakte een niet te bedwingen luid gelach.

De commandant was zeer teleurgesteld over het verlies zijner giek, welke hij als zijn bijzonder eigendom beschouwde, hoewel zij gebouwd was door 's konings timmerlieden uit 's konings planken en klinknagels. »Als mijn privaat eigendom," zeide zijne lordschap, »behoort zij teruggegeven te worden."

Toen hij ongeveer een uur aan boord was geweest, liet hij zijne sloep weer gereedmaken en keerde naar den wal terug, en wij zagen niets meer van hem vóór wij te Spithead waren aangekomen, toen zijn lordschap aan boord verscheen, vergezeld van iemand, dien wij spoedig ontdekten een gepensionneerden scheepsschrijver te zijn, een man, die door de grofste vleierij en tallooze kleine diensten zich bij zijnen patroon zóó onmisbaar had weten te maken, dat hij bij diens reisstoet een even noodzakelijk aanhangsel was geworden als de koffer of de lijfknecht.

»Zeer goed, mylord!" zeide ik uit kracht van gewoonte. »Ik verzoek uwe lordschap om verschooning: ik bedoelde »heel wel."" »Ik kan dat jongmensch niet best zetten," zeide zijn lordschap tegen zijn trawant, die het halfdek heen en weer achter hem aan wandelde, als een schoothondje. Ik hoorde het antwoord niet, doch het was weer eene echo natuurlijk.

Ik nam afscheid van mijne kameraden en van mijn commandant, die, hoewel een ongevoelige kwast en volstrekt geen zeeman, toch verscheidene goede eigenschappen bezat: werkelijk mocht men zijn lordschap een gentleman noemen; en hadden wij den vijand ooit ontmoet, dan zoude hij met zijn schip goed gevochten hebben, want hij had goede officieren, was voldoende overtuigd van zijne eigene onbekwaamheid en zou naar goeden raad geluisterd hebben, terwijl hij in persoonlijke dapperheid voor niemand behoefde onder te doen.

»Mijnheer Mildmay," antwoordde zijn lordschap nu, »ik wil nu wel aannemen, dat gij niets oneerbiedigs bedoelt, doch ik verzoek u mij dat antwoord niet weer te geven; het staat aan mij om te zeggen, dat het »zeer goed" is en niet aan u. Het heeft nu den schijn, alsof gij mijn order goedkeurt, en dat verlang ik niet; ik verzoek u het voortaan na te laten. Begrepen?"

Woord Van De Dag

meisjesschaar

Anderen Op Zoek