Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 8 juni 2025


Ik lag er op, zoo zeeziek als een hond, toen de eerste officier en de luitenant van de week omlaag de ronde deden na het schoonschip maken; ik en mijne Noachs arke lagen in den weg. »Wel, wien hebben wij daar?" zeide mijnheer Handstone. »O, het is jonker Mildmay maar, met zijn kist," zeide de sergeant van de mariniers, van wiens terrein ik erkennen moet een stuk in beslag genomen te hebben. »Zoo!" herhaalde de eerste officier, »ik zag het aan voor een van de pijlers van de nieuwe brug, en de eigenaar voor een dronken Ierschen heibaas."

Zwart als een neger en met een brandenden dorst, kwam ik aan boord terug. »Goed afgebracht, Mildmay," zeide de commandant. »Hebt ge het warm gehad?" Ik wees naar mijn mond, want die was zoo droog, dat ik geen woord kon uitbrengen, en liep naar den waterstander, dien ik half leegdronk.

Daar ik thans geene gelegenheid had zoo spoedig een andere te verzinnen, antwoordde ik: Mildmay te heeten. »Toch niet Mildmay van ?" vroeg hij, »en een zoon van mijn ouden vriend?

»O, papa!" riep zijne dochter uit, »mijnheer is toch Frank Mildmay." Ik wierp haar een zacht verwijtenden blik toe, omdat zij mij verraden had; haar vader keek verbaasd op. Er bleef mij nu niets over dan eene gulle, volledige bekentenis; ik zorgde daarbij echter van het werpen van den steen niet te reppen. Mr.

Hij lachte en zeide: »o, ik wist niet, dat gij nog hier waart; ik dacht, dat gij met de anderen waart medegetrokken; maar nu gij toch uit uw gewonen doen zijt, mijnheer Mildmay, zal ik u maar liever voor mijne beschutting doen dienen.

»Mijnheer Mildmay," antwoordde zijn lordschap nu, »ik wil nu wel aannemen, dat gij niets oneerbiedigs bedoelt, doch ik verzoek u mij dat antwoord niet weer te geven; het staat aan mij om te zeggen, dat het »zeer goed" is en niet aan u. Het heeft nu den schijn, alsof gij mijn order goedkeurt, en dat verlang ik niet; ik verzoek u het voortaan na te laten. Begrepen?"

Zij vroeg mij hetzelfde en nam mij zoo scherp in het verhoor, dat ik niet in staat was een leugen te vertellen. Het zou eene schandelijke vergrooting van mijn misdrijf zijn geweest, en daarom bekende ik eerlijk de zoon te zijn van haars vaders vriend, den heer Mildmay. »Wel, goede hemel!" zeide zij, »waarom hebt gij dit niet aan mijn vader verteld?"

Bovendien was er eene arglistige uitdrukking in, die ik met al mijne gelaatskennis niet goed wist te huis te brengen. »Mr. Mildmay," zeide mijn kapitein, »het is mij bijzonder aangenaam u te zien, en nog meer dat gij aan boord van mijn schip geplaatst zijt. Ga zitten!"

Twee jaren daarna werd hij om particuliere belangen genoodzaakt het bevel neder te leggen, en werd hij benoemd tot adjudant van Z.K.H. den Hertog van Sussex. Hoewel kapitein Marryat geen bepaald schrijver werd, vóór hij den zeedienst verlaten had, begon hij zijn eersten roman »Frank Mildmay" te schrijven op zijn kruistocht bij de Wester-eilanden, een jaar vóór hij het bevel van de Ariadne opgaf.

Hij staat toch lang niet gelijk met de verharde misdadigers, die aan den wal ter dood worden gebracht: wij zijn geen van beiden bevreesd om te sterven; maar een dood, zooals deze, Mr. Mildmay, om, ten voorbeeld van de vloot als honden opgehangen te worden en eene schande voor onze vrienden en betrekkingen te zijn, dit verscheurt ons het hart!

Woord Van De Dag

innewaerts

Anderen Op Zoek