Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 16 mei 2025


"Bij Sint-Japik!" zeide de Graaf: "daar zijn er al drie, die wegloopen zonder verlof te vragen: het schijnt, dat aan boord de Graaf en zijn leenmannen gelijk zijn: en men moet bekennen, dat wij mooi scheef gaan en aardig stooten. Waar duivel is die Spaansche wijn, waar de Bisschop van sprak?"

Zij waren, in de laatste jaren van de 18de eeuw al, begonnen aan hun familie-leden met geld goed te maken, wat zij hun aan land moesten te kort doen; zij zetten het systeem voort ten opzichte van de andere groote leenmannen. Dat had zijn grenzen echter, om begrijpelijke redenen nog al nauwe grenzen.

Lang geleden was onder de markgraven van Saluzzo de doorluchtigste van hun huis een jonkman, Gualtieri, die ongetrouwd zijn tijd doorbracht met de valkenvangst, de jacht en niet aan het huwelijk dacht, waarom hij zeer wijs verdiende genoemd te worden. Zijn leenmannen beviel dit niet en zij verzochten hen een vrouw te nemen, opdat hij niet zonder erfgenaam bleef en zij niet zonder heer.

Meteen werd er, door buitengewone boden, een roep door heel Frankrijk gezonden; het werd de Baanderheren des Rijks kond gedaan dat de Vlamingen zevenduizend Fransen vermoord hadden, en dat de Vorst zijn Leenmannen zo spoedig mogelijk met hun Laten te Parijs riep, om die hoon te gaan wreken.

Met nieuwen ijver hervatte hij de oorlogs-toebereidselen. In Mei 1398 beval hij al zijne leenmannen en ridders, zelfs die uitlandig waren, om hem, tegen het laatst der maand Junij, met een bepaald getal gewapende mannen ter hulp te komen tot den nieuwen togt naar Friesland.

Omhels mij nog, o mijn zoon; want ik gevoel een onuitsprekelijk geluk." Bewondering en medelijden was er in de harten van al de bijzijnde heren. Met een plechtig stilzwijgen aanzagen zij deze omhelzing. De oude Graaf liet zijn zoon los en keerde zich vol geestdrift naar zijn Leenmannen. "Ziet, Mijne heren," sprak hij, "zo was ik ook in mijn jongere jaren zo waren altijd de Dampierres.

Hij is het hoofd van den oppersten raad der zestien Raos of hertogen van het koninkrijk Mewar: die machtige leenmannen, die, voor dat de Engelschen zich met de regeering des lands bemoeiden, de macht van den souverein bijna geheel aan zich getrokken, en hem zelf tot een schijnbeeld gemaakt hadden.

Men kon bemerken dat de Koning bij Johanna aanhield om het strenge vonnis te verzachten, doch zij, onverbiddelijk in haar haat tegen de Vlamingen zijnde, dreef het gebed van de Vorst met trotsheid af, en werd op de woorden van Charles de Valois zo rood dat zij gloeiend scheen. Eensklaps riep zij met kracht: "Hola lijfwachten! De wil des Konings geschiede dat men die valse Leenmannen vange !"

Koning Uther wordt bij een banket op de gemalin van een zijner leenmannen verliefd en verteert van liefde, totdat Merlijn, de fantastiese tovenaar hem aan haar sponde brengt in de gedaante van haar gemaal evenals Mercurius Jupiter bij de echtgenote van Amfitruo bracht. Koning Lear staat zijn rijk aan zijn dochters af en krijgt bitter hun ondankbaarheid te voelen.

Het was diep in de avond als Johanna van Navarra te Compiègne aankwam. Terwijl zij met list en bedreigingen het vonnis der Vlamingen aan de wankelbare Koning onttrok, zat de Graaf Gwyde met zijn edele Leenmannen in een zaal zijner woning. De wijn werd er menigmaal in zilveren schalen rondgeschonken en men deelde zich onderling de blijde hoop en de troostende vooruitzichten mede.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek